Vroegboekkorting bij hu openair villages & campings

Florence – bloemenstad, leliestad

Naar aanleiding van mijn eerste blogstukjes over Florence vorige week vroeg trouwe lezer Joris Wouters mij: ‘Waarom toch ‘Florence’ en niet ‘Firenze’? Weet jij waar die gewoonte vandaan komt om deze Italiaanse stad een Franse naam te geven?’

Tijdens mijn studie in Florence had ik me er ook al over verbaasd dat de Vlamingen – net als de Italianen – de stad heel klinkend Firenze noemen, terwijl wij in Nederland de stad alleen kennen onder haar Franse naam, Florence, vaak ook nog uitgesproken als ‘Florans’ waardoor alle Italiaanse charme die in het vrolijke Firenze zo mooi weerklinkt al snel ver te zoeken is.

Ik meende me te herinneren dat de naam van Florence ‘iets’ te maken had met bloemen, maar zeker was ik daar niet meer van. Om Joris een juist antwoord te kunnen geven, riep ik daarom de hulp in van Esther van Veen, die een paar maanden in Florence vertoeft om een Dominicus-reisgids over deze stad te schrijven.

Esther kon me vertellen dat de Romeinen een nederzetting wilden stichten langs de Via Cassia, die van Rome naar Bologna liep. De plek waar nu Florence ligt was, vooral dankzij de aanwezigheid van de Arno, een heel vruchtbaar gebied – uitermate geschikt dus voor een nederzetting. De eerste inwoners gaven hun stad de naam Colonia Florentia, ‘zij die bloeit’.

De naam was waarschijnlijk een verwijzing naar de bloemenweiden in het dal van de Arno, waar vooral veel lelies groeiden. Ook nu nog is de lelie onlosmakelijk met de stad verbonden, zo getuige bijvoorbeeld het grote aantal wapenschilden met lelies in het centrum van Florence. Waarschijnlijk hebben noordelijke handelaren die de stad aandeden deze naam verbasterd tot Florence.

In de eeuwen erna, toen het Latijn steeds meer vervangen werd door het ‘Italiaanse’ dialect, noemden de Florentijnen hun stad Fiorenza. Van dit Fiorenza is het Italiaanse Firenze afgeleid, maar in het noorden van Europa bleef de naam Florence in gebruik. Behalve in Vlaanderen dus, waar ze zich achter de Florentijnen hebben geschaard.

Volgens de Florentijnse goudsmid Benvenuto Cellini houdt de naam van de stad helemaal geen verband met de bloeiende bloemen in de Arno-vallei. Een veldheer in het leger van Julius Caesar, Florinus da Cellino geheten, zou de stad hebben gesticht en haar daarom ook zijn naam hebben gegeven.

Ook wordt wel gedacht dat de stad Florentia werd genoemd omdat ze werd gesticht tijdens de Bloemenfeesten, de ludi florali, die in de vroege keizertijd werden gehouden van 28 april tot 3 mei. Weer anderen beweren dat de naam is afgeleid van fluentia (‘stroom’ in het Latijn) – vanwege de Arno die dwars door de stad stroomt – of van Flora, de godin van de vruchtbaarheid.

Vanwege de alomtegenwoordige lelie neig ik naar het eerste verhaal – maar zeker zullen we het natuurlijk nooit weten. De mooiste lelies vind je trouwens op en in het Palazzo Vecchio.

De eerste lelie maakt deel uit van de windvaan, helemaal in de top van de klokkentoren, die ook wel de Torre della Vacca (Toren van de Koe) wordt genoemd, omdat het geluid van de klok volgens de inwoners van Florence in 1353, aan het geluid van een koeienbel deed denken. Samen met de leeuw, het andere symbool van de stad, waakt de lelie over het Piazza della Signoria.

Wie goed kijkt, ziet dat in de bogen onder de ietwat overhangende galerij vier verschillende soorten wapenschilden met lelies zijn afgebeeld.

De rode lelie op een witte achtergrond is het huidige wapen van de stad; de witte lelie op een rode achtergrond is het vroege wapenschild van Florence, dat gebruikt werd in de periode dat de Ghibellijnen het in de stad voor het zeggen hadden. Al snel nadat de Welfen de macht over hadden genomen, werden de kleuren van het stadswapen omgekeerd, zodat duidelijk werd dat alles in de stad heel anders zou worden.

In de Divina Commedia beschrijft Dante de vooravond van dit gebeuren als volgt: ‘De lelie aan de vlaggenmast was nog niet omgekeerd en nog niet door verdeeldheid rood gemaakt…’ De tien gouden lelies op een blauwe achtergrond vormen het wapen van Karel van Anjou, die zorgde voor de vrede tussen de Ghibellijnen en de Welfen. Het wapenschild met gouden en zwarte strepen en vijf gouden lelies op een blauwe achtergrond is het wapenteken van zijn zoon, Robert van Anjou.

Binnen de muren van het palazzo is een hele zaal gewijd aan de lelie, de Sala dei Gigli (Zaal van de Lelies). In deze zaal ontvingen De’ Medici hun gasten als ze iets te vieren hadden. Niet gek dus dat alles uit de kast werd gehaald om indruk te maken – en om het wapen van de stad in het geheugen van de gasten te prenten. Overal waar je kijkt, ontwaar je lelies.

In deze zaal staat overigens ook Donatello’s Judith en Holofernes. Het beeld was oorspronkelijk bedoeld als fontein voor de binnentuin van het Palazzo Medici, maar het werd in 1495 voor het Palazzo Vecchio geplaatst om de Florentijnen te waarschuwen tegen de tirannie. Op deze plek staat nu een kopie, maar die wordt niet zo mooi omgeven door lelies als het originele beeld in het Palazzo Vecchio.

Vergeet voor je het palazzo verlaat niet een blik te werpen in de Salotta, waar een laatste lelie te zien is op een fresco van Andrea Orcagna. Op dit fresco is te zien hoe de heilige Anna de geknielde Florentijnen aan haar rechterhand de vaandels met de Florentijnse lelie en het rode kruis (het symbool van het Florentijnse volk) geeft, terwijl ze met haar andere hand het Palazzo Vecchio beschermt.

Met het fresco wilde Orcagna het moment herdenken waarop Wouter van Brienne, de hertog van Athene, op 26 juli 1343, de feestdag van de heilige Anna, uit de stad werd verjaagd. Zijn vaandel wapperde niet meer; de rode lelie kreeg daarentegen weer ruim baan en is sindsdien niet meer weg te denken uit Florence, oftewel ‘zij die bloeit’. Ook voor degenen die haar liever Firenze noemen!

Download de gratis Ciao tutti app voor nog meer tips

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *