Tijdens de blogtour #SalernoC2C mag het beroemdste uitzicht van de Amalfikust, vanuit Ravello, natuurlijk niet ontbreken. Maar daarna wachten twee onbekendere plaatsjes: Cetara en Vietri sul Mare.
Nadine: ‘Ravello schittert hoog boven de Amalfikust, met een echt adembenemend uitzicht over zee. Ik had hier al vaak foto’s van gezien, maar in het echt is het nog veel mooier dan je je voor kunt stellen, Kippenvel!
Deze plek is zeer geliefd bij schrijvers, acteurs en Hollywood-sterren, maar vandaag is Ravello even voor ons. Ook hier wandelen we door smalle steegjes, overwelfde doorgangen en hangende tuinen.
Steeds weer is er een nieuw uitzicht, maar na een mooie en rustige wandeling wacht naar mijn mening het állermooiste uitzicht van de hele Amalfikust, vanuit de tuinen van Villa Cimbrone en Villa Rufolo. In deze laatste villa worden iedere zomer concerten georganiseerd en zweven klassieke muziek, pop en jazz weg over het water. Deze concerten zijn een eerbetoon aan Wagner, die hier een tijd verbleef.
Nu is het er stil en horen we alleen de wind en onze eigen enthousiaste uitroepen. Want wát is het hier mooi. Ik kan bijna niet geloven dat ik hier sta…
Villa Cimbrone
Ook jullie kunnen Villa Cimbrone bezoeken. De villa is op een klif gebouwd, hoog boven de zee, en is tegenwoordig een luxe 5-sterren charmehotel, met een restaurant dat bekroond is met een Michelin-ster. Het hotel heeft slechts 19 kamers. We mochten even een kijkje nemen en ze zijn werkelijk allemaal prachtig en luxe. Je slaapt onder met fresco’s beschilderde plafonds en een uitzicht om van te dromen.
Hier verblijven is maar voor weinig mensen weggelegd, maar voor slechts € 7,- kun je als niet-hotelgast een bezoek brengen aan de beroemde tuin, met rozenstruiken, bloemenperken, zeldzame bomen en diverse beelden. Wanneer je de tuin binnenloopt, volg je de lange laan tot aan het Terrazza dell’Infinito (Terras der Oneindigheid) vanwaar je een meer dan adembenemend uitzicht hebt over de Amalfikust en de Golf van Salerno. Om je heen hoor je verschillende ‘oh’- en ‘ah’-kreten vanwege het wow-effect.
Cetara
Na Ravello brengen we een bezoek aan het pittoreske Cetara waar we ons, ook al is het maar een paar kilometer verderop, weer in een hele andere sfeer bevinden. Juist die afwisseling maakt deze reis nog leuker!
Cetara is dé belangrijkste vissershaven aan de Amalfikust. Het voelt ook echt aan als een authentiek vissersdorp. De bewoners van dit dorpje zijn voornamelijk vissers. Hun specialiteit is tonijn en ansjovis.
Met name de ansjovisolie behoort tot de producten die typisch zijn voor Cetara en die je nergens anders zo lekker vindt (aldus de vissers). Het is een pittige olie die je kunt gebruiken voor salades en brood maar ook om nog meer smaak aan een visgerecht te geven.
Bij Acqua Pazza, een proeflokaal en restaurant, nam eigenaar Gennarino ons tijdens een proeverij mee in een wervelende smaakbeleving van carpaccio van tonijn en zwaardvis, gezouten en gefrituurde ansjovis, ansjovisolie en linguine met ansjovis.
Om al dat lekkers een beetje te laten zakken, nam Gennarino ons ook nog mee op een korte tour door zijn vissersdorp, waarover hij met veel passie vertelde. Maar wie Cetara bezoekt, moet vooral proeven van de verse ansjovis die de vissers hier binnen halen. Buonissimo!
Vietri sul mare
Voordat we de Amalfikust achter ons laten om de Cilento te verkennen, checken we in bij het Lloyd’s Baia Hotel, een van de beste hotels in de omgeving. Ik voel me de koningin te rijk, zeker omdat we die avond aan mogen schuiven aan een koninklijke dis. Bij ristorante Re Maurì, naast het hotel, zal de zeer jonge maar meer dan ervaren chef Lorenzo Cuomo, in het trotse bezit van een Michelin-ster, ons het beste uit zijn keuken voorschotelen.
Hij toverde werkelijk een fantastisch menu uit zijn hoge koksmuts. Het ene gerecht was nog verfijnder dan het andere… Van gambero rosso con battuta di fassana piemontese e neve di ostrica naar riso carnaroli all’aqua di pomodoro con crudité di pesce tot baccalà, zuppa di pesce, alghe e sfoglia di pane alla pizzaiola en als grande finale meerdere ‘kleine’ desserts.
Daarna is het tijd voor mijn koninklijke bed, voor een nacht vol dromen over dit buitengewoon mooie stukje Italië!’