Soms ben je al tig keer in een stad geweest, maar ontdek je opeens een parel die eerder altijd aan je aandacht is ontglipt. Zo was het ook toen Liza, die een tijdje in Turijn woonde en regelmatig naar de Noord-Italiaanse stad terugkeert, Casa Mollino ontdekte.
Ze neemt je graag mee naar dit bijzondere appartement van wijlen ontwerper Carlo Mollino (1905-1973), dat tegenwoordig een kleinschalig (en goed verstopt) privémuseum is.
‘Dit appartement was nooit bedoeld om in te wonen. Het is een huis voor het hiernamaals, zoals farao’s de grafkamers van hun piramides inrichtten,’ zegt museumeigenaar Fulvio Ferrari, die je op de foto hieronder ziet.
Hij gaat gekleed als een Engelse dandy en kijkt me schuin aan over zijn brillenglazen terwijl hij praat. We zitten in de salon van een achttiende-eeuws palazzo aan de rivier de Po, in Turijn. Omringd door design uit de jaren zestig, antiek en esoterische parafernalia ontvouwt Ferrari het levensverhaal van ontwerper Carlo Mollino, de originele huiseigenaar.
Hoewel Mollino wordt beschouwd als een van de meest invloedrijke designers en architecten die Italië in de eenentwintigste eeuw heeft gekend, is hij bij het grote publiek vrij onbekend.
Naast ontwerper van meubels en gebouwen was Carlo Mollino ook een begenadigd fotograaf, ingenieur, vliegenier en autocoureur. Hij was een van die jaloersmakende mensen die overal goed in zijn en zich met hun hele ziel en zaligheid toeleggen op alles wat ze doen.
Je zult de naam Carlo Mollino dan wellicht niet kennen, zijn erfgoed komt je misschien wel bekend voor. Zo renoveerde Mollino in de jaren zeventig het prachtige Teatro Regio in Turijn en ook het strakke Palazzo degli Affari, het gebouw van de Kamer van Koophandel, is van zijn hand.
Designliefhebbers zullen ongetwijfeld zijn legendarische Fenis-stoel van gebogen hout kennen, met zijn typische, dunne leuning die de ruggengraat van de gebruiker volgt (vorig jaar werd de stoel opnieuw uitgebracht door Italiaans meubelmerk Zanotta).
Dat we, ondanks de invloed die Mollino had op de architectuur- en designsector, niet veel over hem weten, past eigenlijk helemaal bij wie Carlo Mollino was: een mysterieus personage dat moeilijk op een spectrum te plaatsen is. Niet alleen door de vele rollen die hij innam – van architect tot vliegenier – maar ook door zijn karakter.
‘Ik heb mensen gesproken die hem omschrijven als de meest vrijgevige en warme persoonlijkheid die ze ooit gekend hadden, en mensen die hem als koud en kil wegzetten,’ vertelt Fulvio Ferrari.
Vanwege de vele polaroidfoto’s die hij van vrouwelijke modellen schoot – vaak schaars gekleed, een enkele keer naakt – stond Mollino bekend als vrouwenverslinder, maar dat is volgens Ferrari onjuist.
‘Hij interesseerde zich niet bijzonder veel voor vrouwen, maar zag hun lichaam eerder als inspiratiebron voor zijn kunst. Het feit dat het vrouwelijk lichaam de bron van het leven is, dat fascineerde hem.’
In het appartement vind je enkele van de originele polaroids terug, net als de kleding, schoenen en sieraden die de dames op de foto’s aanhebben – allemaal met veel zorg uitgekozen door Mollino.
Schuilplaats van de farao
Het mysterieuze huis dat Mollino achterliet aan de Via Giovanni Francesco Napione is ongetwijfeld het best bewaarde geheim van Turijn. De ontwerper heeft er nooit gewoond en zelfs zijn naaste familie en vrienden hadden tot na zijn overlijden in 1973 geen idee van het bestaan van het huis.
Maar als hij er niet wilde woonde, waarom richtte hij het dan met zoveel liefde en oog voor detail in? Volgens Ferrari had hij het bedoeld als ‘huis voor het hiernamaals’. Mollino was gefascineerd door het oude Egypte en het esoterisme – zoals wel meer van zijn stadsgenoten, want Turijn staat bekend als magische stad en heeft al eeuwenlang een link met Egypte (niet voor niets bevat het Museo Egizio de grootste collectie Egyptische objecten ter wereld na het musea in Caïro).
‘Net zoals farao’s de grafkamers van hun piramides inrichtten en er persoonlijke bezittingen en gebruiksvoorwerpen in achterlieten, vulde Mollino dit appartement tot de nok met cryptische referenties en symbolisme,’ vertelt Ferrari.
Het interieur is nog steeds vrijwel precies hoe Mollino het achterliet en bevat enkele van zijn belangrijkste werken – waaronder de originele Fenis-stoel. ‘Het is alsof hij de essentie van wie hij was in deze vier kamers wilde vangen,’ aldus Ferrari.
Ferrari, die het pand in 1999 kocht, is samen met zijn zoon Napoleone curator en eigenaar van het museum. Hij beweert Mollino beter te kennen dan zijn eigen moeder, hoewel de twee elkaar nooit ontmoet hebben.
Na Mollino’s overlijden in 1973 zat er jarenlang een ingenieur in het pand, die er kantoor hield. Een deel van de originele inrichting is in die tijd helaas verloren geraakt. Gelukkig vond Ferrari een inventarislijst die was opgesteld door de advocaten die Mollino’s nalatenschap berekenden. Zo begon een jarenlange zoektocht naar de originele meubelstukken of – wanneer dat niet lukte – een vergelijkbaar item.
Verborgen boodschappen
Iets wat tientallen jaren tijd kostte, was het ontcijferen van de geheime boodschappen en verborgen symboliek in het huis, want Mollino liet geen gebruiksaanwijzing achter. Hij verklaarde zijn werk sowieso nooit nader. Een van zijn gevleugelde uitspraken was: ‘Ik ben ervan overtuigd dat de beste uitleg van iemands werk de stille vertoning van datzelfde werk is.’
De eerste hint die Ferrari tegenkwam, was Mollino’s boek Il messaggio dalla camera oscura (‘Het bericht uit de donkere kamer’), een verzameling essays over fotografie die de ontwerper in 1949 publiceerde.
Terwijl we op de zwarte leren bank in de salon zitten, pakt Ferrari het boek van tafel en slaat het open. Op de titelpagina staat een afbeelding van de lachende stenen buste van de Egyptische koningin Tiye, echtgenote van Amenhotep III en grootmoeder van Toetanchamon. Ze was de eerste vrouwelijke co-regent in het Nieuwe Rijk van het oude Egypte.
Het beeld heeft niets te maken met de inhoud van het boek en de afbeelding wordt door de auteur ook nergens uitgelegd of zelfs maar benoemd. Terwijl hij op het titelblad wijst, vraagt Ferrari: ‘Wat als Mollino hiermee verwees naar een ander soort donkere kamer? Eentje die je in het diepst van de piramides van de oude farao’s vindt?’
De ontdekking zette een hele reeks andere onthullingen in gang. Zo is er de ovale tafel in de woonkamer, die dezelfde vorm heeft als een cartouche (een ovale omcirkeling van de naam van Egyptische koningen in hiërogliefenteksten, bedoeld om de farao te beschermen tegen kwade geesten). De acht witte Tulip-stoelen die eromheen staan – ogenschijnlijk een stilistische keuze – vormen samen een lotusbloem: in het oude Egypte een symbool voor de dood.
In Mollino’s decadente slaapkamer staat een houten bed in de vorm van een boot – een verwijzing naar de overtocht van dit leven naar het volgende – en zijn de muren behangen met ingelijste vlinders – in veel culturen een symbool voor de menselijke ziel.
Zo gaat Ferrari nog even door: in bijna elk ogenschijnlijk willekeurig object in het huis ontdekte hij een boodschap. Of je dat nu aannemelijk vindt of niet doet er hier eigenlijk niet zoveel toe; alleen al de uitleg die Ferrari erbij geeft is de moeite waard, net als het prachtige interieur dat menig designliefhebber doet watertanden.
Geheel in het gedachtengoed van de oorspronkelijke eigenaar doet Ferrari zijn best het museum onder de radar te houden. Ferrari probeert de groepen bezoekers – die hij alleen op reservering ontvangt – klein te houden. ‘Alleen dan kan ik het verhaal van dit huis goed overbrengen.’
Casa Mollino bezoeken?
Een bezoek aan Casa Mollino betekent geen snelle rondleiding, maar een diep gesprek met de curator over de betekenis van Mollino’s werk, waarbij hij filosofische discussies niet uit de weg gaat.
Een tour duurt ongeveer twee uur en wordt door Fulvio en zijn zoon gegeven in het Engels, Italiaans en Frans. De kosten bedragen € 40,- per persoon (of € 20,- op vertoon van een studentenkaart). Reserveren kan via 0039-0118129868 of cm@carlomollino.org (voor maximaal vijf personen per tour).