De Piramide van Caius Cestius is niet het enige aandenken aan Egypte dat in Rome is terug te vinden. Iedereen die ooit voet op Romeinse bodem heeft gezet, weet dat er opmerkelijk veel obelisken te vinden zijn. Sterker nog: Rome is de stad met de meeste obelisken ter wereld.
Obelisk voor de Sint Jan in Lateranen
De oudste obelisken werden door de Romeinse keizers uit Egypte gehaald. Daarvan staan er acht nog steeds fier overeind. De hoogste obelisk van de stad (en tevens de hoogste obelisk ter wereld!) staat op het plein voor de Sint Jan in Lateranen.
Hij is gemaakt van rood graniet en komt oorspronkelijk uit Thebe, een Egyptische stad aan de Nijl die tegenwoordig bekend staat onder de naam Luxor. De obelisk hield daar de wacht voor de Tempel van Amon. Hij was gewijd aan farao Thoetmosis III.
Nadat de obelisk in 357 na Christus door Constantius II naar Rome was gehaald, werd hij eerst op het Circus Maximus neergezet. Het Circus Maximus raakte echter in verval, en de twee obelisken die er zich bevonden raakten bedolven onder het puin. Pas in 1587 werd de obelisk die nu voor de kerk Sint Jan in Lateranen staat met dank aan paus Sixtus V weer teruggevonden.
De obelisk was in drie stukken gebroken. Domenico Fontana kreeg van paus Sixtus V de opdracht de obelisk grondig te restaureren en hem op zijn huidige standplaats, voor de achteringang van de kerk, neer te zetten. Sindsdien staat de Obelisco Lateranense, zoals de obelisk genoemd is, op het Piazza di San Giovanni in Laterano.
Obelisco Flaminio – Piazza del Popolo
De tweede obelisk die eerst in het Circus Maximus stond, de Obelisco Flaminio, is eveneens gerestaureerd door Domenico Fontana. Deze obelisk staat nu op het Piazza del Popolo, precies aan de andere kant van de stad.
De obelisk werd ooit gebouwd ter ere van Ramses II. Hoewel de obelisk nu midden in Rome staat, wordt hij wel bewaakt door Egyptische leeuwen die aan zijn voet rusten.
Ramses II was niet alleen in Egypte populair, blijkbaar liepen ook de Romeinse keizers met hem weg. In Rome staan namelijk nog drie andere obelisken die ter ere van hen gebouwd zijn. De eerste van deze drie heeft bijna elke Rome-reiziger wel op de foto staan.
Obelisk voor het Pantheon
De obelisk op de fontein op het Piazza della Rotonda, voor het Pantheon, is de tweede Ramses-obelisk in Rome. Deze Obelisco Macuteo rust op een sokkel met vier sierlijke dolfijnen.
In 1886 werden de originele marmeren dieren verwijderd en vervangen door kopieën door Luigi Amici. De originelen zijn nu te bewonderen in het Museo di Roma, in het Palazzo Braschi aan Piazza Navona.
Obelisco Matteiano – Villa Celimontana
De derde obelisk die gewijd is aan Ramses II, de Obelisco Matteiano, is de kleinste obelisk in Rome. Hij staat in het park Villa Celimontana, dicht bij het Colosseum. De Villa Celimontana is sinds 1925 een publiek park, maar was vroeger de residentie van de nobele familie Mattei (die van de Schildpaddenfontein).
Deze obelisk stond in eerste instantie in de tempel van Isis op de Capitoolheuvel. Later werd hij verplaatst naar de voet van de Aracoeli, maar dat bleek niet zo’n handige plek. In 1528 deed de Romeinse Senaat de obelisk cadeau aan hertog Ciriaco Mattei, als beloning voor diens goede werken.
Obelisco Dogali – bij de Thermen van Diocletianus
Ook in de buurt van de Thermen van Diocletianus staat een obelisk die oorspronkelijk ter ere van Ramses II was gebouwd. Deze Obelisco Dogali werd in 1883 door de archeoloog Rodolfo Lanciani ontdekt in de buurt van de kerk Santa Maria sopra Minerva, achter het Pantheon.
Vier jaar later kreeg de obelisk een ereplek, voor station Termini, als monument voor de gevallenen van de slag om Dogali in Eritrea. In 1925 werd de obelisk verplaatst naar de tuinen in de buurt van de Thermen van Diocletianus, waar hij tot op de dag van vandaag staat.
Obelisco Minerveo – met het olifantje van Bernini
Voor de kerk Santa Maria sopra Minerva staat de obelisk met een bijzondere basis, de Obelisco Minerveo. De obelisk wordt namelijk gedragen door een kleine olifant, die Bernini heeft ontworpen in opdracht van paus Alexander VII. In de volksmond wordt het olifantje vanwege zijn formaat ook wel il pulcino, ‘het kuiken’ genoemd.
De obelisk werd gevonden in de kloostertuin van Santa Maria sopra Minerva en de broeders wilden dat het monument op het plein voor de kerk kwam te staan. Het enorme zadeldek van de olifant is aangebracht omdat volgens een van de broeders de ruimte onder de buik van het dier de stabiliteit zou ondermijnen.
De olifant is door Bernini niet zomaar gekozen: als symbool van intelligentie en vroomheid belichaamt hij de deugden waarop christenen hun ware wijsheid dienen te vestigen.
Obelisken op het Sint-Pietersplein en het Piazza di Montecitorio
De twee andere Egyptische obelisken staan op het Sint-Pietersplein (maar daarover lees je in deze blog meer) en op het Piazza di Montecitorio. Deze laatste, de Obelisco Solare, diende zoals de naam al aangeeft als gigantische zonnewijzer. Keizer Augustus liet de obelisk in 10 voor Christus naar Rome halen.
In 1748 werd de obelisk in opdracht van architect Giovanni Antinori in vijf stukken gebroken – waarna de stukken grondig werden gerestaureerd en de obelisk weer in volle glorie werd herbouwd. Als herinnering aan de eerdere functie als zonnewijzer werd er een bol boven op de punt van de obelisk geplaatst. Door het gat in deze bol schijnt precies om twaalf uur ’s middags een zonnestraal op de grond.
Naast deze acht Egyptische obelisken telt Rome ook vijf obelisken van eigen makelij, waarover we je meer vertellen in deze blog.
Leuk die stukjes over Rome van je! Ik geniet er iedere keer weer van. Vaak denk ik: ‘o ja!’ en helaas te vaak denk ik: ‘ik moet er nodig weer eens naar toe.’ Ga ik doen ook.
Met hartelijke groet,
Ans