Bestel Saskia's roman Het perfecte recept

Een wandeling langs de mooiste werken van Caravaggio in Rome

In het centrum van Rome zijn meer dan twintig originele werken van barokmeester Caravaggio te bewonderen. Met een paar stevige schoenen kun je ze op één dag allemaal bekijken, met onderweg voldoende tijd voor een koffiepauze en een snelle lunch (mits je geen aandacht besteedt aan alle andere grote werken die in de musea en palazzi te zien zijn).

Het leven van Caravaggio

Caravaggio werd in 1571 geboren als Michelangelo Merisi. Hij dankt zijn artiestennaam aan zijn geboortedorp Caravaggio. Nadat hij in de leer is geweest in het nabijgelegen Milaan, vertrekt hij in 1593 naar Rome, waar hij als leerling voornamelijk stillevens met fruit en bloemen schildert.

Zijn Jongen gebeten door een hagedis verkoopt hij, net als een aantal van zijn andere vroege werken, gewoon op straat. Tot kardinaal Francesco del Monte in 1595 zijn talent ontdekt en Caravaggio onder zijn hoede neemt.

Caravaggio krijgt zijn eerste publieke opdrachten en voltooit die zo innovatief en fascinerend dat hij vrijwel van de ene op de andere dag furore maakt in Rome. Wie denkt dat Caravaggio’s leven vanaf nu leest als het succesverhaal van een beroemd schilder, komt echter bedrogen uit. Zijn korte leven is een aaneenschakeling van schandalen, vechtpartijen en verboden wapenbezit (in die tijd een zwaard) en hij komt voortdurend in aanraking met justitie.

Ook zijn schilderstijl was impulsief en controversieel, de eerste critici missen in zijn werk decorum en disegno. Caravaggio schildert zonder schets, rechtstreeks op het doek, iets wat hem tot in de vorige eeuw de reputatie opleverde van schilder zonder theorie. Hij beeldt heiligen af als gewone mensen, met getekende gezichten en – schandalig, zo vond men in die tijd – vieze voeten.

Na een zwaardgevecht met dodelijke afloop vlucht Caravaggio in 1606 vanuit Rome naar Napels en vervolgens naar Malta. Daar wordt hij, in ruil voor het schilderij De onthoofding van Johannes de Doper, lid van de Orde van de Maltezer Ridders, een titel die hem een grotere kans op een pauselijk pardon zou moeten geven.

Wanneer hij na een omweg via Sicilië weer in Napels belandt, krijgt hij dat pardon ook. Hij laadt zijn spullen op een schip, maar op het moment dat het schip de haven uitvaart, zit Caravaggio nét in de gevangenis. Na zijn vrijlating zwerft hij langs de kust naar het noorden, maar Rome ziet hij niet meer terug; hij blaast zijn laatste adem uit op een verlaten strandje bij Porto Ercole (in Toscane).

Caravaggio in Rome

Tegenwoordig kun je in Rome nog veel van Caravaggio’s erfenis terugvinden. In deze blog namen we je al mee naar de wijk waar Caravaggio een tijdje woonde en werkte, in dit artikel wandelen we langs de mooiste werken van Caravaggio die je in Rome kunt bewonderen.

Caravaggio’s Petrus en Paulus in de Santa Maria del Popolo

In Caravaggio’s tijd kwamen de meeste reizigers de stad binnen via de Porta del Popolo. Ze wandelden langs de Santa Maria del Popolo de stad in. In deze kerk laten we daarom onze Romeinse Caravaggio-route van start gaan.

In de Cappella Cerasi hangen misschien wel de bekendste religieuze werken van Caravaggio, met in de hoofdrol de beschermheiligen van de stad Rome: De kruisiging van Petrus en De bekering van Paulus.

Monsignor Tiberio Cerasi kocht de kapel in 1600. Hij besloot Caravaggio te vragen voor de decoratie, als rijzende ster aan het kunstfirmament. Een uitzonderlijke kans voor de temperamentvolle kunstenaar. Zou Caravaggio hebben kunnen bedenken dat miljoenen pelgrims in de loop der eeuwen zijn schilderijen van Petrus en Paulus, de meest geliefde apostelen, zouden zien?

Caravaggio’s eerste poging om de heiligen te vereeuwigen, werd door Cerasi verworpen. De schilderijen moesten worden uitgevoerd op cipressenhout in plaats van op het gebruikelijke linnen, dus de schilder zal flink hebben geworsteld in zijn creatieve proces.

Voor zijn tweede De bekering van Paulus begon Caravaggio van voren af aan. Hij ging terug tot het verhaal van Paulus uit de Bijbel. Tijdens Paulus’ bekering ‘werd hij omstraald door een licht uit de hemel’. Dat licht zie je precies terug in Caravaggio’s werk; Paulus ziet letterlijk het licht in een soort goddelijk visioen.

Het schilderij straalt een ongekende rust en sereniteit uit. De soldaat Saulus van Tarsus, die tegen de christenen vocht, is veranderd in een heilige. Paulus ligt op de grond, haast verlamd van liefde, terwijl de hoeven van het paard hem bijna vertrappen. Zijn begeleider, een oude man met een gegroefd gelaat, slaat het tafereel gade.

Op het doek van Petrus vormt het rotsblok op de voorgrond de letterlijke weergave van zijn rotsvaste vertrouwen en geloof in Christus. Petrus werd, op eigen verzoek, ondersteboven gekruisigd.

Caravaggio schilderde beide werken in alledaagse, goedkope kleuren: oker, omber, roetzwart, loodwit en kopergroen, bedoeld om de gewone mens aan te spreken. Geen ingewikkelde symbolen en voer voor kunstkenners: dit begrepen de ongeletterde pelgrims die Rome aandeden voor een bedevaart in één oogopslag.

Tussen Caravaggio en de schilder van het centrale altaarstuk in de Cappella Cerasi, Annibale Carracci, zou een gezonde rivaliteit hebben bestaan. Om zijn afschuw uit te spreken over Carracci’s altaarstuk, verzon Caravaggio een listige belediging: de billen van het paard dat is afgebeeld op De bekering van Paulus zijn duidelijk naar Carracci’s Tenhemelopneming van Maria gericht.

Caravaggio in de Galleria Borghese

Even verderop vind je, in de Galleria Borghese, de grootste dichtheid aan Caravaggio’s. Van de twaalf werken van zijn hand die kardinaal Scipione Borghese verzamelde, zijn er nog zes te zien: Zieke Bacchus (een vroeg zelfportret), Jongen met een fruitmand, Madonna met de slang, Hiëronymus in zijn studeervertrek, David met het hoofd van Goliath en Portret van Paus Paulus V (Camillo Borghese). Er hangt ook een Johannes de Doper, maar daarvan is niet helemaal zeker of het wel een echte Caravaggio is.

Een verborgen Caravaggio aan de Via Veneto

Verlaat Villa Borghese via de Porta Pinciana en sla de Via Veneto in. Aan deze straat vind je de Santa Maria della Concezione, met Caravaggio’s Heilige Franciscus.

In de tweede straat aan je rechterhand, de Via Lombardia, schilderde Caravaggio achter de hermetisch gesloten deuren van het Casino Ludovisi (op nummer 46) een plafondfresco met in de hoofdrollen Jupiter, Neptunus en Pluto. De huidige bewoner van het pand is de ambassadeur van de Verenigde Staten, die helaas geen bezoek ontvangt. Hoe Caravaggio’s fresco er precies uitziet, blijft dus een goed bewaard geheim…

Caravaggio’s werken in het Palazzo Barberini

Beter toegankelijk zijn de Caravaggio’s in het Palazzo Barberini. Je bewondert hier een van Caravaggio’s bloederigste werken: Judith onthoofdt Holofernes.

Op dit schilderij snijdt Judith met weerzin op haar gezicht de keel van Holofernes door, wiens mond en ogen doodsnood uitdrukken. Hij probeert zich weg te duwen, maar kan niet aan de dood ontkomen; Judith trekt het hoofd van de generaal naar haar toe en snijdt met één haal zijn keel door. De oude kamenier staat al klaar om het hoofd van Holofernes mee te nemen.

Dit is tevens zijn eerste historische werk en leidt zijn diepdonkere, dramatische stijl in, altijd met het gebruik van een heftig chiaroscuro (contrast tussen licht en donker).

In het Palazzo Barberini hangt ook Caravaggio’s Narcissus. Dit in de kunst toch veel voorkomende onderwerp beeldt Caravaggio heel anders af, bijna als een speelkaart – met beneden een vrijwel exacte weerspiegeling van boven.

Het drieluik van Matteüs in de San Luigi dei Francesi

Caravaggio woonde jarenlang in het Palazzo Madama, Kardinaal Del Monte had hem hier in huis genomen en was later ook degene die hem de opdracht voor drie werken over het leven van de evangelist Matteüs gaf.

Deze werken zijn nog op hun originele plek te zien, in de San Luigi dei Francesi, tegenover het Palazzo Madama. In de Capella Contarelli schitteren De roeping van Matteüs, Matteüs en de Engel en Het martelaarschap van Matteüs.

Het altaarstuk, Matteüs en de engel, is de tweede versie die Caravaggio maakte. Kardinaal Del Monte vond de eerste versie namelijk te oneerbiedig en daarom ongeschikt. Van het eerste werk bestaan alleen nog reproducties, het was terecht gekomen in de collectie van het Kaiser Friedrich Museum en is verloren gegaan tijdens de Tweede Wereldoorlog.

Op De roeping van Matteüs zie je Matteüs aan tafel met zijn vier assistenten. Hij telt de opbrengst van die dag. Christus, met aureool als teken van zijn goddelijkheid, komt samen met Petrus de ruimte binnen. Met een gebaar van zijn rechterhand ontbiedt hij Matteüs. Verrast en misschien verblind door het plotselinge licht van de net geopende deur, trekt Matteüs zich terug en gebaart naar zichzelf met zijn linkerhand.

Madonna di Loreto in de Sant’Agostino

Iets verderop, in de relatief onbekende Sant’Agostino, prijkt Caravaggio’s Madonna di Loreto (1605). Het werk staat beter bekend als Madonna dei Pellegrini, Madonna van de pelgrims.

Caravaggio zou het doek hier ter plekke hebben geschilderd, omdat hij in de kerk asiel zocht vanwege een begane misdaad. Toen het doek zijn voltooiing naderde, gingen de eerste kritische stemmen al op. Was Jezus niet veel te groot afgebeeld? Waarom zag Maria eruit alsof ze een gewone Romeinse volksvrouw was? En die vieze voeten van die pelgrims in beeld: dat hoorde toch niet?

Caravaggio werd vanwege de laatste constatering beschuldigd van het gebrek aan respect voor de kerk. ‘De meest vieze voeten in de hele kunstgeschiedenis,’ zo worden de voeten van deze man en vrouw, misschien wel zoon en moeder, vaak spottend genoemd.

De paters waren echter maar wat blij met het werk en hingen het gelijk op in de Cappella Cavaletti. Niet vreemd, want de ontroering en de aandoenlijkheid spatten werkelijk van het werk af. De deur van het Heilige Huis is voor de pelgrims even de poort naar de hemel geworden. Een prachtig voorbeeld van pure volksdevotie, waardoor het werk zich op een hellend vlak begeeft. Net een traantje meer en het doek wordt pure kitsch.

Caravaggio heeft zich bij het maken van het schilderij duidelijk laten beïnvloeden door zijn eerdere bezoek aan het Heilige Huis in Loreto (in het zuiden van Le Marche), dat daar in de middeleeuwen vanuit Nazareth op miraculeuze wijze door de lucht heen zou zijn gevlogen. Maar zoals we Caravaggio kennen, brak hij graag met de standaard portrettering van heiligen.

Vechtpartij in de Via della Scrofa

Om de hoek van de Sant’Agostino ligt de Via della Scrofa, de straat waar Caravaggio’s leven een onomkeerbare wending nam. Op zondag 28 mei 1606 liep hij hier Ranuccio Tomasoni tegen het lijf, die hem nog tien scudi verschuldigd was na een weddenschap rondom een tenniswedstrijd. De twee begonnen te bekvechten en al snel trokken ze hun wapens. Tomasoni overleefde het niet en Caravaggio moest Rome ontvluchten.

Johannes de Doper in de Galleria Doria Pamphilj

Vluchten is tevens het thema van een van de Caravaggio’s in de Galleria Doria Pamphilj. Hier hangen Rust tijdens de vlucht naar Egypte, Maria Magdalena en twee vrijwel identieke versies van Johannes de Doper, één werk van Caravaggio en één werk van een andere schilder.

De pose van Johannes is, via zijn Amor Vincit Omna (te zien in de Gemäldegalerie in Berlijn) te herleiden tot die ándere Michelangelo, namelijk tot zijn Ignudo in de Sixtijnse Kapel. Het origineel is terug te vinden in de Musei Capitolini, net als Caravaggio’s De waarzegster.

Wanneer je de Tiber oversteekt, vind je in het Palazzo Corsini overigens nóg een Johannes de Doper van de hand van Caravaggio, die diep in gedachten verzonken lijkt.

De graflegging van Christus in de Vaticaanse Musea

In de Pinacoteca van de Vaticaanse Musea tref je Caravaggio’s De graflegging van Christus aan, het laatste werk op onze Caravaggio-tocht door Rome.

Nadat Christus van het kruis werd gehaald door Jozef van Arimatea en Nikodemus maken beide mannen hem klaar voor de begrafenis. Nikodemus reinigt het lichaam met een mengsel van mirre en aloë en samen met Jozef wikkelt hij het lichaam in windsels. Samen brengen ze het lichaam naar een graf, uitgehouwen in een rots bij de Calvarieberg.

Maria is vol verdriet en een jonge vrouw heft haar armen naar de hemel, terwijl Nikodemus en de apostel Johannes Christus in het graf leggen. Nikodemus, die Jezus bij zijn benen draagt, kijkt de beschouwer recht aan, om deze te betrekken bij het verhaal.

Nog even een kleine disclaimer: niet alle werken van Caravaggio hangen altijd op hun vaste plek. Zijn schilderijen worden regelmatig uitgeleend aan (buitenlandse) musea.

Ontdek de leukste routes in Italiaanse steden!

2 reacties

  1. hoi saskia,
    ik wilde je even doorgeven dat de knop “delen” niet werkt onderaan het document.
    En dat is eigenlijk al een tijdje zo.

  2. Ciao Heleen.
    de rode button met delen is ook geen knop 😉 Je deelt via de Facebook- en Twitterbuttons ernaast…

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *