Vroegboekkorting bij hu openair villages & campings

Tipicamente romano – aan tafel in een van de fraschetta’s in Ariccia (Castelli Romani)

cucina-romana3
Wanneer vrienden van buiten Rome mij komen opzoeken, is het eerste wat ze altijd vragen: ‘Gaan we vanavond in een écht Romeins restaurantje eten?’ Uiteraard is dat precies wat ik voor hen voor ogen heb, dus ik knik en beloof ze mee te nemen naar een plek waar ze authentieke Romeinse gerechten serveren. Wanneer we dan op weg gaan en we steeds verder van het centrum geraken, verandert hun verwachtingsvolle blik echter geleidelijk aan in een bezorgde oogopslag.

Maar hoeveel restaurantjes het centrum van Rome ook kent (waarvan een aantal ook echte Romeinse gerechten op de kaart heeft staan in plaats van alleen aan toeristen aangepaste menu’s), de échte Romeinse keuken vind je in de Castelli Romani. Hier heb ik nog nooit teleurgesteld naar mijn bord gestaard. Alleen hier krijg je meer dan genoeg en meer dan lekkere Romeinse gerechten geserveerd zonder te veel te betalen, altijd volgens traditioneel recept bereid en met lokale ingrediënten.

Castelli Romani is de benaming voor een aantal schitterend gelegen dorpjes even buiten Rome, tussen de meren en heuvels van Lazio. De dorpjes zelf, met klinkende namen als Ariccia, Marino, Albano, Nemi, Genzano en Velletri zijn zonder auto helaas wel wat lastiger te bereiken. Je neemt de trein van Roma Termini naar Albano (een reis van een klein uur) om daar een bus naar Ariccia te nemen, waar je je naar de Via Agostino Chigi en omgeving spoedt voor een culinair spektakel. Elke minuut onderweg is meer dan de moeite waard voor de beloning die daar op je wacht…

Elk dorpje van de Castelli Romani heeft zijn eigen trots. Nemi heeft een schitterend meer en blozende aardbeien, Marino is bekend om zijn wijn. Voor de traditionele Romeinse keuken moet je echter in Ariccia zijn, dat beroemd is om zijn fraschette.

De naam van dit soort restaurant is, net als de naam van het dorpje Frascati, afgeleid van het woord frasche, een speciaal soort takken dat in de middeleeuwen door wijnboeren in deze omgeving gebruikt werd om huisjes en opslagplaatsen mee te bouwen.

Het gebied van de Castelli Romani werd in die tijd intensief gebruikt door boeren en ambachtslieden uit de nabije regio’s, die hier op weg naar Rome, waar ze hun producten aan de man brachten, overnachtten. De wijnboeren profiteerden graag van deze bezoekers en hingen bij de ingang van hun huisje een bordje waarop ze lieten weten dat de nieuwe wijn klaar was. Klandizie gegarandeerd, want veel boeren en ambachtslieden hadden na een lange reis wel trek in een goed glas lokale wijn.

cucina-romana2

Al snel was er zoveel klandizie dat de huisjes werden omgetoverd tot een soort drinklokalen. Van binnen waren deze lokalen zeer eenvoudig ingericht: tafels en banken van hout en gevulde wijnrekken.

Het verschil met ‘normale’ herbergen was dat er geen eten geserveerd werd, alleen wijn – met misschien een stuk brood voor erbij. Als je er ook wilde eten, moest je zelf eten meenemen. Een uitgelezen kans voor allerlei koks in de buurt, want die zorgden al snel dat ze in de buurt van de fraschette stonden met hun kraampjes. Ze serveerden allerlei verschillende lokale specialiteiten, waaronder de beroemde porchetta.

Eigenlijk is dit tot op de dag van vandaag niet zo heel veel veranderd. De wijn, de beroemde Romanella, wordt nog steeds geproduceerd door de eigenaren van de fraschetta, de inrichting is nog steeds vrij Spartaans, met houten tafels en banken, papieren servetjes en wijn in een karaf.

Maar wees voorbereid: dit is een van de betere wijnen! Hoewel veel wijnboeren vinden dat de Romanello een slechte wijn is omdat er verschillende soorten druiven worden gemengd zonder al te vast recept, is de smaak heerlijk fris. Ik moet jullie echter wel waarschuwen: je drinkt deze heerlijke wijn als water en neemt makkelijk steeds een nieuw glas. Hoewel hij licht lijkt, zit er toch behoorlijk wat alcohol in dus laat je niet verleiden tot oneindig proosten…

In de meeste fraschette vind je nu naast wijn wel ook een menu. Meestal zijn er drie keuzes: een menu van tien euro (behalve op vrijdag en zaterdag), een menu van vijftien euro en een menu van twintig euro. Ik raad jullie aan dat van twintig euro te nemen, zodat je echt alles kunt proeven – al zal het waarschijnlijk veel te veel zijn om alles tot de laatste kruimel op te eten.

Als antipasti krijg je een selectie lokale lekkernijen, met altijd porchetta, vleeswaren als salami, coppa, ham, gegrilde groente, verschillende bruschette, focaccia en buffelmozzarella. Vaak zit er ook pecorino bij, die vooral met een beetje honing uitzonderlijk goed smaakt. Vraag gerust om wat honing (miele) voor erbij, mocht het niet meteen gebracht worden.

cucina-romana1 cucina-romana5

Daarna volgt een primo (pasta) naar keuze, met afhankelijk van het seizoen een variatie aan Romeinse klassiekers. Dat geldt ook voor de secondo (vlees), die wordt geserveerd met diverse contorni (bijgerechten), eveneens naar keuze. Dat alles gaat vergezeld van water en wijn.

Tenslotte is er nog een dolce, vaak de typische ciambelline (ringvormige koekjes) met zoete wijn. Breek de ciambelline in stukjes en doop ze in de wijn, dan komt de smaak nog beter naar voren – una cosa da veri romani!

cucina-romana4

Na een caffè kun je dan, net als iedereen die ik hier mee naartoe neem, niets anders zeggen dan dat je inderdaad net even buiten Rome het meest geniet van de Romeinse keuken. De authentieke, gemoedelijke sfeer, het toosten met mensen aan andere tafels, al het lekkers dat – al dan niet in vloeibare vorm – op tafel komt… tipicamente romano!

Download de gratis Ciao tutti app voor nog meer tips

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *