Parco delle Cascate di Chia – wandel door ‘het mooiste landschap ter wereld’

Soriano nel Cimino is een van de juweeltjes in Tuscia, de streek in het noorden van de regio Lazio. Het middeleeuwse Castello Orsini en het Palazzo Chigi Albani trekken veel bezoekers.
In oktober is Soriano nel Cimino bovendien dé plek voor het proeven van kastanjes, tijdens de feestelijke Sagra delle Castagne. Marc neemt je mee naar dit pareltje dat ook Pirandello en Fabrizio De André wist te betoveren.
Marc: ‘Vanaf de vlakte waar de Tiber stroomt en de Autostrada del Sole zuidwaarts voert, zie je Soriano nel Cimino al van verre opduiken. Het dorp ligt dan ook op ruim vijfhonderd meter hoogte, halverwege de groene helling van de Monte Cimino.
Het is te herkennen aan het kasteel dat een telg van de familie Orsini hier in de tweede helft van de dertiende eeuw heeft laten bouwen en dat nog altijd hoog boven het dorp uittorent.
De beroemde schrijver Luigi Pirandello, winnaar van de Nobelprijs voor Literatuur, heeft ruim een eeuw geleden een aantal van zijn novellen in Soriano nel Cimino gesitueerd. Hij zocht hier graag verkoeling in de zomer, wandelend door het historisch centrum of in de kastanjebossen.
Ook zijn bekende, wat cynische ode aan een knoestige oude olijfboom (zie deze link) schreef hij in Soriano. Als je alle onnozelheden in het leven had kunnen zien en horen, had je het nooit driehonderd jaar volgehouden, dichtte Pirandello, zij het wat poëtischer opgetekend.
Als je van de andere kant komt, van de berg naar beneden, passeer je op een kleine vlakte die Pian della Britta heet, vlak voor Soriano nel Cimino, een gedenksteen voor Pirandello. Er staat een gedicht op waarin hij schrijft hoe je, wandelend tussen de kastanjebomen en met de wind door de bladeren, even alles kunt vergeten.
Nu is de toegang tot deze bomen afgeschermd door een hek. Maar als je een stukje omhoog rijdt, kun je hoger op de berg heerlijk genieten van een simpele boswandeling en, in het seizoen, je zakken vullen met tamme kastanjes.
Soriano nel Cimino is niet zo groot. De hoofdweg voert door de Porta Romana naar een pleintje dat voor het dagelijks leven het hart is van het dorp, met een kerk (met een standbeeld van de heilige Nicolaas), een apotheek, een bar en een groenteboer. Pirandello heeft de eenvoud van het leven hier goed beschreven.
Aan de noordoostkant van het piazza lonkt het historisch centrum. Maar eerst brengen we een bezoek aan het Palazzo Chigi Albani en wippen we even binnen bij Vinum, de wijnwinkel van Giuliana Santini, aan de Via Garibaldi 49.
Giuliana kan vol liefde vertellen over de speciale wijnen die in het noorden van Lazio worden gemaakt. Zoals een rode wijn die is gemaakt van de Grechetto-druif, die hier en in Umbrië meestal wordt gebruikt voor witte wijn. Of de witte wijn die is gemaakt van de Procranico-druif, verwant aan de bekendere Trebbiano.
Op het eerste gezicht verschilt haar winkel weinig van andere, maar loop door naar achteren en je ziet wat haar winkel uniek maakt. Veel locals kopen hun wijn niet in flessen, maar sfuso, uit grote vaten. Giuliana biedt in haar winkel wijn van de tap aan, met alle gelegenheid om de verschillende soorten te proeven.
Ik heb beloofd nog een keer terug te komen, want bij deze eerste kennismaking was het nog te vroeg op de dag om op haar uitnodiging te proeven in te gaan.
Brede trappen voeren naar het Palazzo Chigi Albani. Ooit was het een groots en indrukwekkend complex; bestaande uit twee gebouwen die met elkaar zijn verbonden door een gang waar een beroemde beeldengroep tegenaan is gebouwd.
Ongeveer vijfendertig jaar geleden begon een korte periode van snel en heftig verval. Gelukkig komt nu, langzaam maar zeker, weer iets van de oude glorie terug.
De ambities waren groots toen kardinaal Cristoforo Madruzzo hier in het midden van de zestiende eeuw een villa liet bouwen. Madruzzo had in Soriano nel Cimino grond gekregen van de paus als dank voor de cruciale rol die hij had gespeeld bij het Concilie van Trento, waarop de katholieke kerk een antwoord formuleerde op het opkomende protestantisme.
De kardinaal wilde een villa neerzetten die qua uitstraling kon wedijveren met architectonische juweeltjes in de buurt, zoals het Sacro Bosco in Bomarzo, het Palazzo Farnese in Caprarola en Villa Lante in Bagnaia.
Na Madruzzo’s dood kwam het palazzo uiteindelijk in handen van de familie Albani en daarna in bezit van de familie Chigi, vandaar de dubbele naam. Tot het begin van de jaren negentig behield het zijn uitstraling, maar het ging fout toen de contessa die er op dat moment woonde, besloot het te verkopen.
Mensen in Soriano nel Cimino die zich die tijd nog herinneren, praten er met nauwelijks verholen woede over. De koper was een particulier, wiens naam niet bekend is gemaakt.
Het palazzo is nooit meer bewoond geweest. Men liet het aan zijn lot over, waardoor het een prooi werd voor plunderaars en het dak instortte. In de officiële folder van de gemeente wordt zelfs vermeld dat de kopers het gebouw geruïneerd hebben.
Gelukkig kreeg de gemeente het palazzo een jaar of tien geleden weer in handen. Men begon aan een langdurig, moeizaam en kostbaar proces van restauratie, deels met geld uit het Europese Herstelfonds.
Het gebouw is indrukwekkend met zijn monumentale zalen. Die vormen nu een perfecte tentoonstellingsruimte.
Maar antieke meubels en schilderijen vind je hier niet. Het is allemaal gestolen. Links van de ingang is een trap van de lokale peperino-steen volledig ingestort. De façade ziet er nog redelijk uit, maar als je op de binnenplaats staat, zie je de schade.
Er is ook al veel hersteld. Sommige ruimtes worden gebruikt als kantoor, een ander deel is ingericht als pinacoteca, met veel werk van de schilder Lucio Ranucci, wiens familie uit Soriano nel Cimino kwam.
Als je het bordes oploopt om naar de andere vleugel te lopen, zie je tegen de verbindingsmuurmuur een enorme fontein waarvan de beelden zijn uitgehakt uit de daar aanwezige rotsen.
Dit is de Fonte di Papacqua, een fontein die is gebouwd rondom een bron die hier ontspringt. Links zie je een beeldengroep met Mozes, tegen de achterwand een kolossale vrouwelijke faun, met een licht gehavend gezicht. Zij is omgeven door saters en dieren vol symboliek: slakken (vruchtbaarheid), kikkers (de wederopstanding) en een schildpad (de eeuwigheid).
Op verschillende plaatsen rondom het palazzo is ruimte voor groen. Aan de noordkant is er, ter hoogte van de begane grond, een parkje met een vijver. Vanaf de eerste verdieping kun je aan de oostkant ook een hellende tuin op lopen, maar dit terrein is nog ‘werk in uitvoering’.
Vanaf het bordes van Palazzo Chigi Albani heb je een fraai zicht op het middeleeuwse centrum van Soriano nel Cimino, met het Castello Orsini.
Het historisch centrum is toegankelijk via de zogeheten Porta dell’Orologio. Meteen als je de poort door bent en de Rione Rocca in bent gelopen, zit er rechts een klein winkeltje dat bekend staat als de beste alimentari van Soriano nel Cimino.
Je vindt er lokale producten als bijzondere olijfolie, hazelnoot- en kastanjepasta. Achter de toonbank liggen ook heerlijke kazen en salami’s.
Als je te voet door de Rione Rocca naar het kasteel wil, moet je een stuk omhooglopen. Je komt langs een Mariabeeld in de Edicola di Sant’Anna en langs het Casa della Musica, dat is gewijd aan Fabrizio De André.
Deze singer-songwriter uit Genua was een trouwe zomergast in Soriano. Iedere zomer is er in het dorp het festival Risonando De André, dat is gewijd aan de liedjes van Faber, zoals De André door zijn vele fans is gedoopt.
Het Castello Orsini heeft in grote lijnen zijn indeling behouden zoals die eind dertiende eeuw is bedacht. Je treft er de wapens van de familie Orsini (paus Nicolaas III, Giovanni Gaetano Orsini, was degene die het kasteel liet bouwen) maar ook van andere families die het in bezit hebben gehad.
De grote zalen worden nu vooral gebruikt als tentoonstellingsruimtes, maar er zijn ook zalen en vertrekken die een stuk minder aantrekkelijk zijn. Het kasteel is namelijk bijna anderhalve eeuw, tussen 1849 en 1990, een gevangenis geweest.
Eerst sloten de autoriteiten van de Pauselijke Staat hier veroordeelden op, later werden er gevangenen van de Italiaanse staat ondergebracht.
Een smal trappetje dat vanaf de rondgang tegen de klok in rondom het kasteel loopt, voert nog naar een paar kale isoleercellen, ver verstoken van het fenomenale uitzicht dat je als bezoeker van het kasteel op de meeste plekken hebt.
Als je door de Torre dell’Orologio het historisch centrum weer verlaat, moet je eigenlijk even linksaf slaan, voor nog een eerbetoon aan Luigi Pirandello.
Op een pleintje dat uitkijkt over de vlakte staat sinds 2004 een klein monument: een steen van peperino waarop wordt herinnerd aan Pirandello’s verblijf hier, met daarbovenop een bescheiden groen uitgeslagen bronzen borstbeeld. Pirandello kijkt hier overigens niet het dal in; zijn blik is gericht op de historische dorpskern.
Wil je ook een hapje eten in Soriano nel Cimino, dan zijn er een paar plaatsen waar je uitstekend terecht kunt. Lokale favorieten zijn Ai Tre Scalini, vlak voor de ingang naar het historisch centrum, en Il Carolino, aan de Via Garibaldi.
Tot slot nog een bescheiden bezienswaardigheid die een beetje buiten het dorp ligt, aan een weg verder de vallei in. In een bocht staat daar de Chiesa di San Giorgio.
De deur is meestal op slot, maar de eenvoudige buitenkant is interessant genoeg. Het gebouw stamt uit de elfde eeuw en bestaat geheel uit de gelige peperino-steen, die veel voorkomt in de omgeving en net wat harder is dan de tufsteen die je hier ook veel vindt.
Boven de ingang zijn nog wat bescheiden versieringen te zien van twee heiligen en een reliëf van, hoe kan het ook anders in deze contreien, kastanjebladeren.
In de herfst staat Soriano nel Cimino namelijk bol van de kastanjes. Drie oktoberweekenden achter elkaar is het feest in het dorp, met een strijd tussen verschillende wijken, kleurrijke optochten, muziek, vaandelzwaaien en natuurlijk veel kastanjelekkers om te proeven. Het volledige programma van de Sagra delle Castagne vind je hier.’