Verscholen tussen het Canin-gebergte en de Monte Cimone in de regio Friuli-Venezia Giulia loopt een smalle, dertien kilometer lange groene vallei, de Val Raccolana.
De vallei start bij het dorpje Chiusaforte, dat als bijnaam ‘gemeente van de watervallen’ heeft, vanwege de vele watervallen in de omgeving, en eindigt bij het skidorpje Sella Nevea.
Ciao tutti’s Erwin neemt je mee naar een van de mooiste watervallen in dit gebied, verscholen in het groen van de Julische Alpen.
Erwin: ‘Door de vallei loopt de Strada Provinciale SP76. Je steekt de rivier de Fella over en rijdt onder de rijksweg A23 door. Al snel is de ingang van de smalle vallei zichtbaar tussen de steile bergen.
Cascata Rio Repepeit
De provinciale weg meandert door de vallei en volgt het pad van de Torrente Raccolana. Al na enkele minuten wijst een bordje langs de weg dat het tijd is om de auto te parkeren voor een prachtige kleine waterval, de Cascata Rio Repepeit.
Deze waterval is vanaf de weg niet zichtbaar, maar wanneer je uitstapt hoor je het water naar beneden klateren en weet je dat hij niet ver weg kan zijn. Via een wandelpaadje kom je bij een oude stenen brug vanwaar je een prachtig uitzicht hebt op de waterval.
De vallei is op dit punt erg smal en door de hoge bergen aan beide zijden kunnen de zonnestralen maar moeilijk doordringen. In combinatie met de wind en het koude smeltwater is het hier snel frisjes.
Om een nog beter zicht te hebben op de waterval loop ik verder over de brug en volg het pad stroomafwaarts. Na wat klauteracties sta ik aan de oever van het riviertje met voor mij de waterval met als decor de oude stenen brug.
Wat een prachtige plek! Even denk ik, dat het toch niet mooier kan worden, maar dat kan wel degelijk, want de volgende waterval in de vallei, de Fontanone di Goriuda, is er een om in te lijsten.
Lunchen bij Trattoria al Fontanon
Met de auto is het een kleine tien minuten slingeren door het prachtige groene landschap. Het riviertje stroomt dan links en dan weer rechts van de weg. Na iedere bocht is het een verrassing wat het uitzicht is.
Wanneer ik bijna bij de waterval ben, zie ik tussen het groen van de beukenbomen de eerste glimp van de waterval. De auto parkeer ik op de ruime parkeerplaats van Trattoria al Fontanon. Deze trattoria staat kilometers van de bewoonde wereld, maar het is er gezellig druk met veel locals die in de buurt aan het werk zijn en hier hun lunchpauze doorbrengen.
Voor dat ik naar de waterval loop, geniet ik zelf ook eerst op het terras van een heerlijke verse pasta. De vriendelijke eigenaar heeft de gezelligste collega die je maar kunt wensen; zijn trouwe viervoeter volgt hem overal en loopt vrolijk langs de tafeltjes.
Fontanone di Goriuda
Na de lunch is het tijd om naar de waterval te lopen. Op ongeveer honderd meter van de parkeerplaats, bij het monument voor de fietser, start het wandelpad naar de waterval. Het pad is goed toegankelijk en slingert door het beukenbos omhoog.
Na een kleine tien minuten is de waterval al zichtbaar door de bomen. Het water stort zich hier van grote hoogte in een kristalheldere poel om vervolgens via kleine watervalletjes verder naar beneden te lopen, richting de Torrente Raccolana. De poel nodigt uit tot een kleine duik, maar het water is ijskoud, dus dat sla ik maar even over.
De oorsprong van de waterval ligt nog een stuk hoger op de berg. Regen en smeltwater van het Canin-gebergte verzamelt zicht in de kloven van het karstgesteente om vervolgens uit te groeien tot een ondergrondse rivier.
Na een lange reis door de berg ziet het water uiteindelijk weer het daglicht als het via een grot naar buiten stroomt en daarna vijftig meter naar beneden stort in de poel.
De grot waar de rivier naar buiten komt, is alleen toegankelijk met gespecialiseerde gidsen van Parco Naturale delle Prealpi Giulie die de rivier deels met behulp van een rubberboot verkennen.
Een grot achter de waterval
Wat deze waterval zo uniek maakt, is dat achter de waterval een grot is waardoor je achter de waterval door kunt lopen. Op deze manier kun je driehonderdzestig graden genieten van het natuurgeweld – en dat alles met een adembenemend mooi uitzicht op de vallei.
Rond de waterval staan tal van kleurrijke bloemen in het sappige groen. De waterval laat een fijne nevel achter die ervoor zorgt dat zelfs hartje zomer alles frisgroen is rond de poel. Na de nodige foto’s is het tijd om verder te gaan richting Sella Nevea.
Passo Nevea
Eenmaal weer op de SP76 richting Sella Nevea gaat de weg in een rap tempo omhoog. Via vele haarspeldbochten met adembenemende vergezichten over de Val Raccolana – en verder omhoog het skigebied Sella Nevea op de Monte Canin – arriveer ik in het dorpje Sella Nevea, dat in de zomer volledig is uitgestorven.
De vele hotels liggen er verlaten bij en nodigen niet uit voor een stop. Het dorpje ligt op ruim 1190 meter hoogte, met net buiten het dorpje het hoogste punt van de SP76, de Passo Nevea, op 1200 meter.
Vanaf hier gaat de weg weer in een rap tempo naar benden, richting een van de vele mooie meren die de regio Friuli-Venezia Giulia rijk is, het Lago del Predil.
Lago del Predil
Aan het einde van de SP76 zijn de eerste kleuren van het meer zichtbaar door het bos. Turquoise, blauw en groen wisselen elkaar in een rap tempo af en steken fel af tegen de donkergroene naaldbomen.
Aan de noordzijde van het meer vind je een paar bijna witte kiezelstrandjes waar het heerlijk toeven is. In dit deel van het meer is ook het prachtige eilandje te vinden, met daarop een aantal naaldbomen. Wanneer het water niet al te hoog staat, is het eilandje te voet te bereiken.
Op de achtergrond domineert de Cima del Lago, die met een hoogte van 2125 meter het landschap aan de zuidkant van het meer bepaalt. Het meer is het op een na grootste natuurlijke meer van de regio en ligt op 969 meter boven de zeespiegel. Samen met de Fontanone di Goridua is het een echte must see tijdens een verblijf in Friuli-Venezia Giulia!’