In september 1786 begon de Duitse dichter en schrijver Johann Wolfgang Goethe aan zijn Italienische ReiseDeze link opent in een nieuw tabblad. Deze week treden we op Ciao tutti in Goethes voetsporen en reizen we door Italië. We begonnen gisteren aan het GardameerDeze link opent in een nieuw tabblad, vandaag voert Goethe ons naar Verona en Vicenza.
Een leeg theater in Verona
Na het avontuur in MalcesineDeze link opent in een nieuw tabblad neemt Goethe de boot naar BardolinoDeze link opent in een nieuw tabblad, waar hij zijn bagage op een ezel laadt en naar Verona trekt. VeronaDeze link opent in een nieuw tabblad is het decor van Shakespeares liefdesverhaal van Romeo en Julia, hetgeen de stad voor altijd tot de stad van de liefde maakte.
Maar Verona is ook beroemd vanwege de indrukwekkende Romeinse Arena op het Piazza Bra, een van de best bewaard gebleven amfitheaters ter wereld en na het Colosseum in Rome zelfs het grootste amfitheater in Italië.
Arena zonder toeschouwers
Deze Arena is het eerste wat Goethe ziet als hij in Verona aankomt. Goethe vindt het bouwwerk indrukwekkend, maar hij zou het het liefst vol toeschouwers hebben gezien…
‘Welnu, het amfitheater is het eerste belangrijke monument uit de oudheid dat ik aanschouw, en zo goed bewaard gebleven! Toen ik binnentrad, maar méér nog toen ik over de bovenring rondliep, vond ik het vreemd iets grandioos en toch eigenlijk niets te zien, ook moet men het niet bekijken als het leeg is, maar als het stampvol mensen zit (…). Nu men het amfitheater leeg ziet, heeft men geen maatstaf, men weet niet of het groot of klein is.’
Als Goethe de Arena verlaat en vervolgens bij de stadsmuur een aantal edelen uit Verona een balspel ziet spelen tegen een paar edelen uit Vicenza, met wel vijfduizend omstanders, dringt de gedachte aan een volle Arena zich opnieuw op. ‘Merkwaardig vond ik dat ze dit spel bij een oude stadsmuur beoefenen, zonder enig comfort voor de toeschouwers; waarom niet in het amfitheater, waar zo’n mooie ruimte zou zijn?’
En Goethe had gelijk! De Arena is gevuld met toeschouwers natuurlijk nóg indrukwekkender om te zien! Gelukkig kun je elke zomer, van half juni tot begin september, in een goed gevulde Arena genieten van wereldberoemde opera’s, een must do als je in de zomer in Verona verblijft.
Markt op het Piazza delle Erbe
Goethe slentert heerlijk door Verona en neemt alle indrukken rustig in zich op. Zo komt hij ook langs een aantal pleinen waar markt is en waar het ook nu nog een gezellige, Italiaanse drukte is. Het beeld dat hij schetst zie je helemaal voor je op het Piazza delle Erbe, waar elke dag markt wordt gehouden.
‘Op de pleinen is het op marktdagen zeer vol, groenten en vruchten in onafzienbare hoeveelheden, knoflook en uien naar hartenlust. Overigens schreeuwen, grappen en zingen zij de hele dag door, vallen elkaar om de hals en bakkeleien, juichen en lachen onophoudelijk. De zachte lucht, het goedkope voedsel maken dat ze een onbezorgd leven leiden. Alles gebeurt, zodra het maar kan, onder de blote hemel.’
De betoverende cipressen in de Giardino Giusti
Een bezoekje aan de mooie Giardino GiustiDeze link opent in een nieuw tabblad, aan de andere kant van de rivier de Adige, mag tijdens Goethes bezoek aan Verona natuurlijk niet ontbreken. Deze tuin werd in 1580 aangelegd en is nog altijd een prachtig voorbeeld van een Italiaanse tuin uit de late renaissance.
Goethe liet zich hier betoveren door de prachtige cipressen en plukte een aantal takken. ‘Deze takken bracht ik mee uit de fraai gelegen Giardino Giusti, met zijn reusachtige, priemend oprijzende cipressen. Waarschijnlijk zijn de puntig geknipte taxussen van de tuinarchitectuur in Noord-Europa imitaties van dit heerlijke voortbrengsel der natuur.
Een boom waarvan de takken van onder tot boven, de oudste zowel als de jongste, ten hemel rijzen, die zijn driehonderd jaren vol maakt, verdient het zeker te worden bewonderd. Gelet op de tijd waarin de tuin is aangelegd, hebben deze al een zo hoge ouderdom bereikt.’
Nog altijd sieren vele ranke cipressen die richting de hemel reiken de tuin vol klassieke beelden. Een betoverende en inspirerende groene plek om je even terug te trekken als je in Verona bent.
Klassieke idealen in Vicenza
Het nabij Verona gelegen VicenzaDeze link opent in een nieuw tabblad is Goethes volgende bestemming. Het was de revolutionaire architect Andrea Palladio die Vicenza in de zestiende eeuw een unieke uitstraling gaf, waarvan de invloed tot ver buiten Europa zou reiken en die tot op de dag van vandaag nog te zien is.
Goethe raakte zeer geïnspireerd door de werken van Palladio. Van zijn eerste wandeling door de stad was Goethe meteen al diep onder de indruk:
‘Enkele uren geleden kwam ik hier aan, ik ben al door de stad gelopen en heb het Teatro Olimpico en de bouwwerken van Palladio gezien.(…) Wanneer men nu deze werken met eigen ogen aanschouwt, beseft men pas hun grote waarde; want ze moeten (…) door de schone harmonie van hun afmetingen (…) de geest bevrijden.(…)
Hoe hij door de aanwezigheid van zijn werken imponeert en doet vergeten dat hij alleen maar overreedt! Er is werkelijk iets goddelijks in zijn constructies, volkomen zoals de kracht van een grote dichter, die uit waarheid en leugen een tertium vormt waarvan het geleende bestaan ons betovert’.
Goddelijke genialiteit
Volgens Goethe zat er iets goddelijks in Palladio’s genialiteit, net als in de kracht van de grote dichters. En daarin had Goethe volkomen gelijk, als je de indrukwekkende villa’s, paleizen en andere gebouwen die Palladio neerzette ziet.
Goethe was het meest onder de indruk van Villa Rotonda (Villa Almerico Capra), een van Palladio’s grootste werken, aan de rand van Vicenza. Deze villa werd rond 1570 gebouwd voor bisschop Paolo Almerico en is zonder twijfel geïnspireerd op het Pantheon in Rome.
Goethe schreef: ‘Onder Palladio’s bouwwerken is er één waarvoor ik altijd een speciale voorliefde heb gehad, het schijnt zijn eigen woonhuis te zijn geweest.(…) Vandaag heb ik op een halfuur van de stad het op aangename hoogte gelegen prachtige huis bezocht dat Villa Rotonda heet.(…)
Misschien heeft de bouwkunst nooit meer zulk een hoogtepunt van weelde bereikt.(…) En zoals het gebouw vanaf elk punt in de omgeving te zien is in al zijn heerlijkheid, zo doet het uitzicht van hieruit eveneens zeer weldadig aan.’
Palladio’s boeken over architectuur
Om in detail te weten te komen wat Palladio’s idealen waren en hoe deze hun uitwerking in de stad hadden gevonden, kocht Goethe een exemplaar van Palladio’s Quattro Libri dell’Architettura.
‘Bij gelegenheid van deze aanschaf betrad ik een boekwinkel, die in Italië een geheel eigen karakter heeft. Alle boeken liggen overal aan de ketting, en men treft de hele dag goed gezelschap aan. (…) Zo vond ik een half dozijn mensen bijeen, die allen, toen ik om Palladio’s werken vroeg, hun blik op mij richtten.
Terwijl de eigenaar van de winkel het boek zocht, roemden ze het en verstrekten mij informatie over het origineel en de kopie, zij waren met het werk zelf en met de verdiensten van de auteur zeer goed bekend.
Daar ze mij voor een architect hielden, prezen ze mij dat ik vóór alle anderen de studie van deze meester aanvatte, dat men voor gebruik en toepassing meer aan hem had dan aan Vitruvius zelf, want hij had de klassieken en de oudheid grondig bestudeerd en getracht deze aan onze behoeften aan te passen.’
Hele knappe schepsels
De vrouwen in Vicenza blijven voor Goethe – vrijgezel in de tijd dat hij zijn reis maakte – ook niet onopgemerkt. Hij is van hen meer onder de indruk dan van de Veronese vrouwen…
‘Maar hier vind ik hele knappe schepsels, met name een type met zwarte lokken dat me speciale belangstelling inboezemt. Er is ook nog een blond type, maar dat spreekt mij niet zo aan’. Of Goethe ook belangstelling van de Italiaanse dames kreeg? Helaas schrijft hij daar niets over…
Misschien was zijn hoofd ook wel te vol met alle indrukken van zijn reis en was hij te druk met het maken van zijn verdere reisplannen. Vanuit Vicenza reisde hij naar Padova en daarna naar Venetië, waar hij op een vuilnisprobleem stuit. Maar daarover morgen meer!
Het vermeende eigen huis van Palladio is het tussen huizen ingeklemd smalle Casa Cogollo in Vicenza. Feitelijk werd het bewoond door een plaatselijke notaris. Palladio renoveerde het. Naar de beperkte mogelijkheden gaf hij het een geprezen classicistisch uiterlijk.