‘Bijna altijd als ik de stad in ging, raakte ik de weg kwijt. Maar in Venetië ben je eigenlijk nooit de weg kwijt; je bent altijd ergens in Venetië.’
Vandaag zoals beloofd een recept uit Tessa Kiros’ Ciao bella: saltata di vongole e cozze in bianco.
Ingrediënten (voor 2 personen): 400 g venusschelpen in de schelp | 350 g zwarte mosselen | 4 eetlepels olijfolie | 1 klein bosje peterselie, plus 2 eetlepels gehakte peterselie | versgemalen zwarte en witte peper | 3 knoflooktenen, waarvan 1 gehalveerd en 2 in grove plakjes | een snufje peperoncino | brood en partjes citroen, om erbij te serveren
Dit gerecht kom je in veel restaurants tegen. Het is een heerlijke antipasto die je kunt omtoveren tot een primo als je er pasta bij doet (je hebt dan ongeveer 150 gram gekookte spaghetti nodig voor 2 personen). Ook smaakt het heerlijk met frites en dan is het een perfecte secondo. Wat ik vooral lekker vind, zijn de grove stukken knoflook die je bij de venusschelpen eet.
Voor dit recept kun je het beste vongole veraci (venusschelpen) gebruiken, maar alle andere, niet al te grote schelpdieren zijn ook goed. Vraag de visboer of er nog zand zit in de venusschelpen. Zo ja, week ze dan een dag lang in een vergiet dat je in goed gezouten water zet. Ververs het water meerdere keren.
Laat de geweekte venusschelpen even goed rondtollen in het water, spoel ze af en laat ze in het vergiet uitlekken. Gooi de open schelpen weg. Voordat je de mosselen kookt, moet je de baarden, ofwel de groene stukjes alg, eraf halen. Gebruik hiervoor een schaar of mes als het met de hand niet lukt. Borstel daarna de mosselen goed schoon. Gooi alle mosselen weg die openstaan en die niet sluiten wanneer je er een tik op geeft.
Verhit een eetlepel olijfolie in een grote braadpan met deksel. Voeg het bosje peterselie toe, een beetje versgemalen peper plus de venusschelpen en mosselen. Doe het deksel op de pan en laat op een tamelijk hoog vuur stomen tot alle schelpen open zijn. Misschien gaan een paar venusschelpen niet open. Geef ze een tweede kans maar gooi alle schelpen weg die hardnekkig gesloten blijven. Haal de mosselen en venusschelpen uit de pan en doe ze in een kom. Giet het kookvocht in een kop en kijk goed of er geen zand in zit. Als dat wel zo is, moet je het door een vergiet met kaasdoek gieten. Veeg de pan schoon.
Doe de rest van de olijfolie in de pan, samen met de plakjes knoflook en een eetlepel van de fijngehakte peterselie. Voeg wanneer je de knoflook begint te ruiken (pas wel op dat hij niet verbrandt) 125 ml van het kookvocht toe. Zet het vuur hoog en laat de saus al roerend indikken. Laat de saus niet te waterig of te dik worden (als hij te veel indikt, kan hij te zout worden). Doe de venusschelpen en mosselen weer in de pan. Voeg de rest van de fijngehakte peterselie, een snufje versgemalen witte peper en eventueel een snufje peperoncino toe.
Rooster ondertussen een paar stukken brood en snijd ze in de lengte doormidden. Wrijf ze in met de gehalveerde knoflookteen en druppel er een beetje olijfolie over. Stop het brood aan de randen van de pan. Pers de citroen over de schelpen uit en dien op. Buon appetito!
Nog meer Venetiaanse recepten maken? Bestel Ciao bella dan nu bij bol.com.