Download de gratis Ciao tutti app voor nog meer tips

Eremo dei Frati Bianchi – picknicken bij de paters

Op onze tocht door Le Marche passeren we velden vol wilde bloemen, slapende dorpjes en wijngaarden die zich zover het oog reikt tegen de glooiende heuvels aan vleien. Midden in dit schilderachtige tafereel ligt het eeuwenoude Eremo dei Frati Bianchi, een uniek klooster vlak bij het dorpje Cupramontana.

Dit ‘klooster van de witte broeders’ is een van de belangrijkste plekken die het ontstaan van het christendom in Le Marche symboliseert. Het huidige gebouw stamt uit 1790, maar reeds in de elfde eeuw woonden hier al paters. Tot 1927 was het klooster nog in bedrijf. Daarna raakte het wat vervallen, maar sinds het in 2000 in particulier bezit kwam, heeft een grondige restauratie ondergaan en is het een van de betoverendste plekken in Le Marche.

Het pad dat ons naar het klooster leidt, verklapt al een beetje hoe bijzonder deze plek is. Het klooster ligt namelijk geïsoleerd van de bewoonde wereld, midden in een beschermd natuurgebied. Het complex wordt omringd door zes hectare groen met uiterst zeldzame boom- en plantensoorten.

Hier hoor je alleen maar totale stilte, die slechts onderbroken wordt door het ruisen van bladeren, het zingen van vogels en het klateren van de watervalletjes in het verder zacht kabbelende beekje dat ons begeleidt. In de eeuwenoude eikenbomen schieten eekhoorntjes alle kanten op. Geen wonder dat de paters dit stukje aarde uitzochten om in volledige retraite te treden. Hier lijkt de tijd stil te hebben gestaan…

Als we het klooster naderen, verblindt het ons bijna door de eenvoudige maar treffende schoonheid. Wat een fantastische plek is dit! Het klooster lijkt versmolten te zijn met de rots aan de linkerkant. Onze gids vertelt dat dit ook daadwerkelijk zo is. Tot omstreeks 1500 verbleven de paters in uitgekapte holen tegen de rotswand, waarna ze in 1500 een kleine kerk bouwden.

Op het grasveld voor het klooster liggen diverse door kunstenaar Moneyless bedrukte gluppa’s, bedrukte doeken (zie ook onze blog over het Pop Up! project Art, food and travel), uitnodigend op ons te wachten. We strijken er neer voor een picknick, die kok Marco op de binnenplaats voor ons heeft bereid.

Maar voordat we daarvan mogen gaan genieten, vertelt historicus Tomasso Lucchetti ons iets meer over de culinaire traditie van een voorjaarspicknick. ‘Vroeger was het aan het begin van het voorjaar (zo rond Pasen) tijd om te feesten. Het Latijnse woord pascua, dat weide betekent, verwijst dan ook naar de lente.

Zowel voor christenen als voor joden was een picknick dé manier om de nieuwe oogst, het nieuwe jaar en het nieuwe leven te vieren. Als voorbereiding op Pasen werden er alleen dingen gegeten die de natuur je gaf, behalve vlees, want dat kwam van het land en werd gebruikt als offering. Als alternatief werden er wel witte vis en sardientjes gegeten.

Verder bestond de maaltijd uit verse groenten en suiker, dat in die tijd als een medicijn beschouwd werd. Het nuttigen van chocola was zelfs toegestaan, maar alleen omdat het gedronken werd en niet gegeten.

Het enige vlees dat gegeten mocht worden, was de salami van het varken dat tijdens carnaval geslacht was. Verder bestond de maaltijd uit eieren (het symbool van nieuw leven), kaas en salades (de eerste groene lenteblaadjes). Alle voedsel had dus een eigen religieus verhaal en werd met aandacht en liefde bereid en gegeten.’

Op de tafel staan al deze traktaties al op ons te wachten: sardines, spinazie, salami, heerlijk geurende cakes, salades, frittata, ceci (kikkererwten) en meringues.

We scheppen onze borden vol met al dit lekkers en ploffen in het zonnetje op onze gluppa. Je kunt je voorstellen hoe heerlijk een voorjaarspicknick op deze bijzondere plek smaakt.

Nadat we onze buikjes rond hebben gegeten, laat Emanuele van Antica Stamperia Carpegna ons de oude techniek zien waarmee de gluppa’s bedrukt worden.

Volgens een driehonderd jaar oude, van generatie op generatie doorgegeven, methode worden de doeken met een stempel handmatig bedrukt. Deze stempel wordt altijd van walnotenhout gemaakt en handmatig uitgesneden, met traditionele prints. De stempel wordt gedompeld in een speciale verf, bestaande uit azijn, bloem en roest. Het geheim zit ‘m in precies de juiste combinatie, zodat je de perfecte kleur krijgt.

Vervolgens wordt de stempel met veel precisie op het geweven doek gedrukt, om een patroon te creëren. Om meer druk te geven wordt er met een mazzulolo, een soort dikke ijzeren ronde hamer, extra kracht gezet. Eén verkeerde beweging kan uiteraard niet meer hersteld worden; het maken van een doek vereist dan ook veel ervaring.

Een echte gluppa herken je aan de achterkant, waar de verf is doorgedrukt. In alle andere gevallen heb je te maken met een (fabrieksmatig gemaakte) imitatie. De unieke eigenschappen van de verf en het doordrukken naar beide kanten maakt dat de print onverslijtbaar is, zelfs bij gebruik van de agressiefste (was)middelen.

Behalve gluppa’s worden er met deze techniek nog veel meer producten gemaakt: beddengoed, handdoeken, tafellakens, sjaals en zelfs gordijnen.

Helaas is het voor ons tijd om onze gluppa’s weer op te vouwen en nog even te genieten van een laatste aanblik van dit prachtige klooster, dat in de stralen van de warme namiddagzon misschien wel mooier schittert dan ooit…’

Ontdek onze digitale reisgidsen voor nóg meer tips

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *