Download de gratis Ciao tutti app voor nog meer tips

De moeder – het derde onderzoek van commissaris Gelsomino

Na In jouw bloed en De beet van de tarantula komt commissaris Gelsomino, een creatie van de Italiaanse schrijver Marco Lugli, terug in De moeder, een spannende roman die je meevoert naar de Salento, de streek in het diepe zuiden van de regio Puglia.

Een lijk bij de Keien van de Oude Vrouw

Hoewel de lockdown in Italië er bij veel mensen flink heeft ingehakt, komt commissaris Luigi Gelsomino na een lange periode van gedwongen rust juist ontspannen weer terug op het hoofkantoor van politie in Lecce.

Hij krijgt er bezoek van een helderziende die vertelt dat hij heeft gedroomd over een dode die zijn eigen graf heeft aangewezen. De paragnost brengt ook een boodschap van Loredana, de overleden vrouw van Gelsomino.

Luigi Gelsomino is sceptisch maar treft bij hem thuis een tweede bericht van Loredana aan en vindt bovendien daadwerkelijk een lijk op de aangewezen plek, bij I Massi della Vecchia, ‘de keien van de oude vrouw’, een met allerlei mythen omgeven plek op het platteland.

Het lichaam is dat van een al dagen vermiste kinderarts. Zo raken Luigi Gelsomino, inspecteur Anna Fontana en assistent Ugo Colazzo betrokken bij een ingewikkelde moordzaak.

Marco Lugli

Een fragment uit De moeder

‘Luigi Gelsomino zette zijn voet over de drempel van het hoofdbureau van politie. Omdat de rest van zijn lichaam aan die voet vastzat, volgde dat als vanzelf. Een uur eerder in de auto had hij bedacht dat het min of meer de veertienduizendste keer was dat hij het gebouw zou binnenlopen.

Het is een dag als alle andere, had hij tegen zichzelf gezegd terwijl hij elke lettergreep van het getal benadrukte. Elke kamer stond in zijn geheugen gegrift, elke stoel en elk stel billen dat ze had verwarmd. Hij wist waar hij moest opkijken om de tientallen jaren oude spinraggen te zien en waar hij de gescheurde en wiebelende vloertegels kon ontwijken.

Die voorzichtige manier om naar binnen te lopen was niet echt nodig maar gaf wel een goed beeld van zijn huidige gemoedstoestand, die niet was zoals hij zich dat de avond tevoren had voorgesteld toen hij zich nog op negentig kilometer hiervandaan bevond.

In de afgelopen zeven maanden had hij meer tijd doorgebracht in Capo di Leuca dan in Lecce. In het begin van het jaar had hij aan de Via Galliani in Patù een tweekamerappartement met een stergewelf gekocht. En zodra hij had besloten om het een periode wat rustiger aan te doen, was hij er elke vrijdag naar toegegaan om toezicht te houden op de werkzaamheden die nodig waren om het op te knappen.

Hij logeerde in B&B Capperi! die hij een paar jaar eerder had leren kennen. Het deed hem plezier deze nu vol leven te zien nadat ze de plaats delict was geweest van de moord die hij er had onderzocht.

Toen vanwege de corona-epidemie in maart de algemene quarantaine werd afgekondigd, bevond hij zich net in Patù en stond hij voor de keuze in het dorp blijven of teruggaan naar Lecce en daar de quarantaine uitzitten in zijn flatje op de derde verdieping. Hij had voor het eerste gekozen.

Hij had in het dorp een huurappartement gezocht waar hij was gebleven tot eind juni, waarna hij zijn nieuwe woning kon betrekken. Hij was de hele zomer in zijn toevluchtsoord, gelegen aan een autovrije binnenplaats, gebleven waar je de indruk had dat het gewone leven er nog altijd doorging.

Patù bleek de perfecte plek te zijn voor zijn gedwongen verblijf omdat hij in de kleinschaligheid ervan normaal kon zijn ondanks dat hij zich in die periode erg nutteloos voelde. Zelfs de psychologische gevolgen van de quarantaine waarover hij in de kranten las, leken hem echo’s van geschreeuw in de verte.

Hij had er alles bij de hand: de markt lag vlakbij en hij kon ondanks het uitgaansverbod in vijf minuten ongehinderd met de auto naar zee rijden dankzij zijn politie-ID die hij altijd bij zich had. Vaak ging hij er te voet heen, lopend langs de provinciale weg 192 waar hij vossen en eksters tegenkwam in plaats van auto’s.

Hij liep dan door tot de jachthaven van San Gregorio en streek neer op de trappen van Bar del Moro die gesloten was net als de rest van Italië. Elke keer dacht hij dat hij zich schuldig zou moeten voelen omdat hij zo op zijn gemak was.

Maar het lot had nu eenmaal voorzien dat de wereld tot stilstand kwam net op het moment dat hij er behoefte aan had. Ook de criminelen hadden een rustpauze ingelast en als hij dienst had gehad, had hij waarschijnlijk de nieuwe misdadigers van de pandemie moeten opjagen: bejaarden die een luchtje schepten op de bankjes en de zondagse slenteraars die opeens van maandag tot zaterdag ook aan het joggen waren geslagen.

Met hen maakte hij graag een praatje en daarom was het beter in Patù te blijven en in alle opzichten te leven als een gepensioneerde die zich aan de uiterste rand van de Italiaanse laars had teruggetrokken.

Eind juni merkte je dat, ondanks het uitblijven van de komst van de toeristen, het normale leven weer zijn gang begon te nemen. Luigi nam de tijd om af een toe een gesprek aan te knopen met de dorpelingen die allemaal een of twee vakantiehuizen zwart verhuurden en die allemaal ten einde raad waren, met B&B-houders, hoteleigenaars en met uitbaters van de strandtenten die hem met tranen in de ogen voorrekenden wat de vaste kosten waren in een seizoen zonder inkomsten.

Met seizoenarbeiders en met de mensen die bootuitstapjes voor toeristen organiseerden en die zich tot hem wendden alsof hij een vertegenwoordiger was van de overheid, die voor hen kon optreden als spreekbuis voor hun problemen.

Hij begreep hun zorgen, was solidair met ze als ze klaagden over het uitblijven van overheidssteun, maar kon niet echt hun angst invoelen omdat deze bijzondere zomer voor hem een geschenk was.

Hij, die nooit van zijn leven toerist was geweest tussen al die anderen, was nu tot zijn eigen tevredenheid er zelf een. Het was voor hem een onbekommerde zomer geweest, zonder veel bijzonderheden, bestaande uit tweemaal daags naar het strand: ’s morgens vroeg en ’s avonds laat bij ondergaande zon en tussendoor wat wandelen en lezen.

Hij was deze morgen in de stad teruggekomen zonder zelfs maar even langs zijn huis te gaan. Hij had gehoopt dat hij op deze manier de rust met zich kon meenemen van de laatste zonsondergang toen hij van de rotsen bij de Grotta delle Tre Porte in zee was gedoken en het nog warme water in de eerste dagen van oktober hem de energie had verschaft die hij nodig had om weer naar zijn werkplek terug te keren.

Nu hij weer met beide benen in het hoofdbureau stond, wist hij dat die duik in de schemering een heerlijk moment was geweest, maar dat het effect ervan maar tijdelijk was.’

Lees verder in

De moeder | Marco Lugli | vertaald door Nico Boots |ISBN 9789464656572 | € 23,95 | bestel De moeder bij je lokale boekhandel of via deze link bij bol.com (ook verkrijgbaar als e-book)

B&B Capperi – logeren bij auteur Marco Lugli

Wil je het decor van Marco Lugli’s boeken bezoeken, dan kun je logeren bij B&B Capperi, de bed & breakfast, die wordt gerund door niemand minder dan Marco zelf. Samen met zijn vrouw heeft hij er een prachtige plek van gemaakt, waar je je even helemaal onder kunt dompelen in de gastvrijheid van de Salento.

Ontdek onze digitale reisgidsen voor nóg meer tips

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *