Als je de kerk van Oudenbosch (in Noord-Brabant) bewondert, moet je twee keer met je ogen knipperen. Sta je nu in een Brabants dorpje of midden in Rome? De koepelkerk lijkt als twee druppels water op de Sint-Pieter, zowel van de buitenzijde als van binnen.
Een kopie van de Sint-Pieter in Rome
Pastoor Hellemons was zo onder de indruk van de Sint-Pieter dat hij in eigen parochie precies zo’n zelfde kerk wilde laten bouwen. Ondanks dat Oudenbosch toen slechts 3500 inwoners had, wilde hij een kerk die niet onderdeed voor de thuisbasis van de katholieke kerk.
Hij had ontelbaar vaak door de Sint-Pieter gedwaald en wist precies welke elementen van deze basiliek ook in ‘zijn’ kerk aanwezig moesten zijn. Mgr. Van Hooydonk, de eerste bisschop van Breda, gaf in 1864 toestemming voor dit bijzondere bouwplan.
De eerste steen voor de H.H. Agatha en Barbara werd gelegd in 1867, met als bouwmeester de beroemde architect Pierre Cuypers (die ook verantwoordelijk was voor onder meer het Rijksmuseum en het Centraal Station in Amsterdam).
Een Romeinse kerk in Rooms Brabant
Cuypers voelde er in eerste instantie niet zoveel voor de kerk te bouwen, maar pastoor Hellemons verleidde hem met een reisje naar Rome, bekostigd door de burgemeester van Oudenbosch. Onderweg had Cuypers ook de gotische Dom van Keulen gezien, een kerk die volgens hem veel beter zou passen in het Brabantse dorp. Pastoor Hellemons had echter zijn zinnen gezet op een kerk naar voorbeeld van de Sint-Pieter en weigerde in te schikken.
In 1880 werd de kerk ingewijd door Mgr. Van Beek, de toenmalige bisschop van Breda. De werkzaamheden waren toen echter nog niet helemaal voltooid; pas in 1892 werd de façade opgeleverd, die wel wat weg heeft van de voorgevel van de San Giovanni in Laterano, de Sint-Jan in Lateranen, in Rome, waar Hellemons in 1833 tot priester werd gewijd.
Een voorgevel zoals de Sint-Jan van Lateranen
Vier jaar eerder was Hellemons naar Rome gereisd om er zijn opleiding tot priester af te ronden. Hij woonde in het klooster bij de Santa Croce in Gerusalemme, vlak bij de San Giovanni in Laterano. Meteen na aankomst in Rome sloot hij vriendschap met kardinaal Cappelari, die in 1831 tot paus zou worden gekozen. Hellemons en paus Gregorius XVI bleven goede vrienden en de Brabantse priester was dan ook vaak in de Sint-Pieter en andere delen van het Vaticaan te vinden.
Na terugkeer in Nederland besloot Hellemons een stukje Rome naar Nederland te halen. De basiliek is natuurlijk niet zo groot als de Sint-Pieter in Rome. Om precies te zijn is de kerk zestien keer kleiner dan het Romeinse evenbeeld. Met een lengte van eenentachtig meter, een breedte van vijfenvijftig meter en een hoogte van drieënzestig meter (de koepel meegerekend).
De vier evangelisten in de koepel
Naast Cuypers werkten ook tekenmeester Theodorus Philippus Florschütz en timmerman Jacobus Johannes van Tilborg mee om de droom van pastoor Hellemons te verwezenlijken.
De Flosjeskamer, een ruimte halverwege in de opgang naar de koepel, is vernoemd naar Florschütz, die naast tekenmeester ook werkte als schilder. Hij schilderde bijvoorbeeld de vier evangelisten in de koepel, die je van dichterbij kunt bekijken als je de honderdvierenveertig treden naar de koepel beklimt.
Laatste Nederlandse pleisterplaats voor de zoeaven
Koen de Groot vertelt in zijn boek Martelaren voor de paus (waarover we je in deze blog meer vertellen) dat Oudenbosch de laatste Nederlandse plaats was die de zoeaven op hun reis naar Rome aandeden. De Groot: ‘Het dorp vormde het centrale verzamelpunt voor de Nederlandse zoeavenmobilisatie. Aangesloten op de nieuwe spoorlijn tussen Rotterdam en Antwerpen, maar vooral dankzij de opvallende inzet van pastoor Hellemons.
In Oudenbosch kregen ze onderdak in een jongensinternaat en vond er controle plaats. Ook at men samen. Het menu dat Frans Aghina kreeg voorgeschoteld bestond uit ‘aardappelen, groente, vlees, twee soorten bier, alles in overvloed, daar een dezert van vruchten, wijn en cigaren’.
Soms konden de rekruten zich laven aan de verhalen van terugkerende zoeaven, die op hun reis naar huis Oudenbosch weer aandeden. Daarna volgde een toespraak van pastoor Hellemons en het uitdelen van de biechtspiegel. Tot slot waren er gebeden, wat laatste instructies en bemoedigende woorden voor iedereen ging slapen, om de dag erna de reis naar Brussel te maken.’
Bezoek de Basiliek van Oudenbosch
De Basiliek H.H. Agatha en Barbara ligt aan de Markt 57 in Oudenbosch. De kerk is van 1 april tot en met 30 september dagelijks geopend van 10.00 tot 16.30 uur; van 1 oktober tot en met 31 maart sluit de basiliek om 16.00 uur. Elke zondag is er om 11.00 uur een Eucharistieviering.
Er zijn verschillende rondleidingen en audiotours, zie deze link. Meer informatie over je bezoek aan de basiliek vind je op de website van de H.H. Agatha en Barbara.
Een museum voor de zoeaven
In Martelaren voor de paus vertelt Koen de Groot ook over het zoeavenmuseum in Oudenbosch, dat in 1947 de deuren opende. Hier liggen talloze brieven en dagboekaantekeningen van de zoeaven vrij toegankelijk opgeslagen.
Pastoor Ignace Wils, de zoon van August, was een van de aanjagers voor het opzetten van het museum. Met een groot artikel in De Tijd deed hij in 1932 een oproep om brieven, portretten, uniformen, medailles en andere herinneringen van zoeaven aan het museum te schenken. Want ‘in een museum blijven deze kostbare getuigenissen uit een volwaardig verleden bewaard en liggen ze ten dienste van de historicus.’
Koen de Groot: ‘In 1911 was er in Oudenbosch een laatste grote landelijke zoeavenbijeenkomst. Voor de inmiddels afgebouwde Sint-Pieter-kopie kwam een standbeeld te staan dat beeldhouwer Leo Stracké in opdracht van de ANZ (Algemene Nederlandse Zouavenbond) had vervaardigd.
Het monument had duidelijke referenties naar het zoeavenverleden. De ferme stenen sokkel waar het standbeeld op kwam te staan, was een verwijzing naar Petrus, de eerste paus wiens naam ‘rots’ betekende en op wie Jezus volgens de Bijbel zijn kerk zou bouwen. Het standbeeld zelf bestond uit een stervende zoeaaf aan de voeten van een zegenende Pius IX, die de opofferingsgezindheid van de Nederlandse vrijwilligers voorstelde.
Op de achterkant van de sokkel waren de namen gebeiteld van alle Nederlandse gesneuvelde zoeaven. Honderden van hun voormalige wapenmakkers, de meesten inmiddels aardig op leeftijd, kwamen op de feestelijke onthulling van het beeld af. Door te kiezen voor een gesneuvelde zoeaaf aan de voeten van Pius benadrukten de voormalige vrijwilligers ten overstaan van een grote diverse katholieke menigte hoe zij herinnerd willen worden: als martelaren voor de paus.
Pius liet overigens ook een monument oprichten ter nagedachtenis aan alle gesneuvelde zoeaven van het najaar 1867, op het Campo Verano in Rome.’
met dank aan Marcel van den Bos & Peter Braakmann voor een aantal foto’s
In het echt is ie nog veel mooier. Voor de kerk staat het zoeaven monument, zeker ook de (historische) aandacht waard. Redenen genoeg om er naar toe te gaan, veel dichter bij dan Rome.
Prachtige foto’s van de basiliek van Oudenbosch. Een betere timing van Ciao Tutti is er niet. Op 5 juli a.s. ga ik samen met ons gemengd Kerkelijk Zangkoor in deze basiliek een H. Mis opluisteren. In 2008 heeft ons koor ook al in de echte St. Pieter in Rome mogen zingen, hetgeen een overweldigende ervaring was. Ik ben superbenieuwd naar de basiliek van Oudenbosch en verheug me enorm op 5 juli!!! Gracie Ciao Tutti!!!!!!!
Wat leuk! In bocca al lupo voor 5 juli!!
Crepi!
Wat een prachtige foto’s in dit artikel. Je waant je echt in Rome!