Ciao tutti – ontdekkingsblog door Italië de beste tips voor Italië
Martini is tegenwoordig wellicht de bekendste vermout, maar Punt e Mes van Carpano, een wat bitterder variant, is in Turijn ook alomtegenwoordig – mede dankzij de kunstige reclameposters.
In 1786 schonk Benedetto Carpano een bijzondere witte wijn die op smaak was gebracht met meer dan dertig verschillende soorten kruiden. Het recept is geheim, maar waarschijnlijk maken onder meer anijs, kruidnagel, citroenmelisse, kamille, laurier, nootmuskaat, salie, tijm en vanille deel uit van de kruidige creatie.
Carpano noemde het drankje vermout, naar de Duitse naam van artemisia (alsem), een van de meest gebruikte kruiden. Het werd bijna meteen dé specialiteit van Turijn en ook beroemde Italianen zoals Cavour en Vittorio Emanuele II zouden er graag van gedronken hebben. Carpano bedacht naast de klassieke vermout ook een wat bitterder variant, met kina, Punt e Mes genaamd.
Mede dankzij de uitvinding van Benedetto Carpano is de naam Carpano nog altijd terug te vinden in de cafés van Turijn. Aanraders voor het drinken van een glaasje vermout zijn onder meer Caffè Mulassano (Piazza Castello) en Stratta (Piazza San Carlo). Probeer bij Stratta zeker eens de combinatie van een heerlijke bonbon en een glas vermout.
Tijdens een wandeling door de stad is ook een bezoek aan het Palazzo Carpano (Via Maria Vittoria 4) de moeite waard. De conciërge laat je meestal wel even een kijkje nemen in de cortile, binnentuin.
Museo Carpano – Eataly
Je ontdekt meer over deze historische vermoutmerken in het Museo Carpano, op de eerste verdieping van Eataly, dat is gevestigd in de vroegere Carpano-fabriek. Waar ooit het archief vol documenten en de ruimte waar de kruiden verwerkt werden te vinden waren, worden nu in een klein maar fijn museum de belangrijke momenten uit de geschiedenis van de vermout verteld.
foto’s: Tre Galli – een avondje heerlijk genieten
Nog meer Carpano-historie vind je bij Tre Galli, vineria en ristorante in één. Dit typisch ‘Turijns’ adresje is een fijne mix van de traditionele Piemontese keuken en een modern, warm interieur, met veel roodtinten en mooie kunstwerken aan de muur, met ook heel wat artistieke vintage reclames van Carpano.
We dronken echter geen vermout, maar doken in de ruim 1200 etiketten tellende wijnkaart. We kozen voor een mooie rode wijn uit de Langhe, de perfecte begeleider van het bordje gerookt guanciale (wangspek) dat in goed gezelschap van zachtzoete honing op tafel kwam.
Qua pasta’s was het even twijfelen tussen de traditionele agnolotti (een soort met vlees gevulde ravioli die typisch is voor Turijn en omstreken) en de gnocchi met salsiccia di Bra (een speciale worst uit Slow Food-hoofdstad Bra).
Tre Galli is zowel open voor lunch als diner (behalve op zondag). Je vindt dit restaurant aan de Via Sant’Agostino 25. Even verderop, aan de Via Gian Francesco Bellezia 37) vind je zusterrestaurant Tre Galline, met op het menu vooral traditionele Piemontese gerechten, zoals bollito misto.
