Download de gratis Ciao tutti app voor nog meer tips

Bronzino, beeldhouwer met penselen

De portretten van Bronzino (1503-1572) lijken uit marmer gehouwen: gepolijst, verheven en bijna bovenmenselijk – precies zoals de absolute heerser van het Medici-geslacht zich afgebeeld wilde zien. Ronald Kuipers ging voor Italië Magazine naar Florence en schetst aan de hand van een aantal schilderijen een beeld van Bronzino’s leven en carrière:

‘Uitgeput en versleten: zo typeerde Eleonora di Toledo haar erbarmelijke lichamelijke toestand. Ze mocht dan hertogin zijn van Toscane en dochter van de onderkoning van Napels, maar fysiek was ze opgebrand. Eleonora was pas veertig jaar, maar had al elf kinderen gebaard. Door de bijna permanente toestand van zwangerschap leed ze – zoals haar later opgegraven botten bewezen – aan een ernstig calciumgebrek, dat haar knallende hoofdpijn, spierkrampen en een geruïneerd (en zeer pijnlijk) gebit bezorgde.

Met weemoed keek ze naar het staatsieportret dat hofschilder Bronzino van haar had gemaakt toen ze 23 was, en dat dankzij vele kopieën in heel Toscane bekend was. Zó kenden haar onderdanen haar; niet als een afgetakelde broedmachine, maar als een edele vorstin en – zo met haar tweejarige zoontje Giovanni aan haar zijde – als een toegewijde moeder. Wat had Bronzino haar gezicht schitterend gepolijst. Elk plooitje was gladgestreken, elk pukkeltje verwijderd. Ze leek wel een engel van porselein!

Lang kon Eleonora niet meer genieten van haar beroemde portret. Op haar veertigste, tijdens één van haar geliefde reisjes door Toscane, blies ze – tegelijk met haar inmiddels negentienjarige zoon Giovanni – de laatste adem uit, geveld door een fatale combinatie van malaria en tbc. Haar man, hertog Cosimo I de’ Medici, was ontroostbaar. Hij had echt van zijn vrouw gehouden, wat voor die tijd uitzonderlijk was. Toen hij een politiek huwelijk regelde met Don Pedro di Toledo, onderkoning van Napels en oom van de machtige Spaanse koning Karel V, koos hij niet voor diens nurkse oudste dochter, maar voor de aantrekkelijke Eleonora.

Maar hoe groot de liefde ook was, vanaf het begin had Cosimo hun huwelijk gebruikt als instrument voor zijn grootste project: de ‘BV Medici Vooruit!’ En omdat hij wist dat je met propaganda meer bereikte dan met wapengeweld, had hij veel geld over voor de kunstenaar die het geslacht van de Medici’s kon ‘vermarkten’ bij zijn onderdanen. Die kunstenaar vond Cosimo in de persoon van Agnolo di Cosimo di Mariano di Agnolo di Antonio di Agnolo di Toro, kortweg bekend als ‘il Bronzino’, de ‘kleine gebronsde’.

Het waren woelige tijden. Het was nog niet zo lang geleden dat boeteprediker Savonarola de Medici’s de poort van Florence had uitgejaagd en dat – nadat Savonarola op zijn eigen brandstapel terecht was gekomen – enkele adellijke families Toscane hadden bestuurd. Alessandro de’ Medici slaagde erin de macht van de Medici’s te herstellen met hulp van Karel V, koning van Spanje en keizer van het Heilige Roomse Rijk, die hem prompt tot hertog benoemde.

Zijn neef en opvolger Cosimo I deed daar later nog een schepje bovenop, door in 1569 van paus Pius V de titel groothertog los te peuteren. Veel kunstenaars waren verbonden met edelen die bij Cosimo in ongenade waren gevallen. Dat bood kansen voor getalenteerde nieuwkomers, zoals Bronzino, een slagerszoon uit een gehucht even buiten Florence. Bronzino, waarschijnlijk zo genoemd vanwege zijn oranje-bruin-gepigmenteerde huid (volgens sommigen leed hij aan de ziekte van Addison, een auto-immuunziekte), was een natuurtalent.

Het huwelijk tussen Eleonora en Cosimo in 1539 was niet zomaar een huwelijk, het moest het mega-event van de eeuw worden. Het was dé kans voor Cosimo om te laten zien – zowel voor het hoge buitenlandse bezoek als de eigen bevolking – dat de Medici’s ‘nieuwe stijl’ een nieuw tijdperk inluidden. De tijd van de republiek, toen de Medici-bankiers slechts de ‘eersten onder gelijken’ waren, was definitief voorbij.

Vanaf nu was Toscane een hertogdom, dat een plaats ambieerde op het Europese toneel. Cosimo nam symbolisch zijn intrek in het Palazzo della Signoria (‘het paleis van de republikeinse raad’), dat hij prompt omdoopte in het Palazzo Vecchio (‘het oude paleis’). Cosimo’s huwelijk stopte niet bij het ophalen van het boterbriefje, maar was een vele dagen durend feest met spectaculaire vuurwerkshows, openbare theatervoorstellingen en optochten. Bronzino greep zijn kans. Hij mocht theaterdecors maken, decoraties ontwerpen voor optochten en – als klap op de vuurpijl – de koets van de hertog en hertogin beschilderen.

Het talent van Bronzino bleef niet onopgemerkt bij de Medici’s. Hij mocht de ruimte beschilderen in het Palazzo Vecchio die Eleonora had aangewezen als haar persoonlijke kapel. De hertogin, die zowel een liefhebber was van gokken en schuine humor als van jezuïtische geloofsijver, was dolenthousiast over de Bijbelse taferelen die Bronzino op de wanden tevoorschijn toverde.

Ook Cosimo zag de potentie van Bronzino en promoveerde hem in 1540 tot hofschilder, wat inhield dat hij de aangewezen persoon was om de staatsieportretten te maken van de hertog en hertogin – en de rest van de Medici-familie. Bronzino wist de juiste snaar te raken. De hertogin schilderde hij in haar lievelingsjurk van zilvergetint brokaat, die hij tot in de kleinste details afbeeldde. Het gewaad van Eleonora was bijna een stilleven, dat een fascinerend contrast vormde met haar hypergestileerde gezicht. Het gelaat was geïdealiseerd tot in de perfectie, als een porseleinen masker voorzien van twee in de verte starende ogen.

Cosimo werd afgebeeld met een soortgelijk ‘gebeeldhouwd’ gezicht, zwevend boven een indrukwekkend harnas. Het was precies het type staatsieportret dat Cosimo en Eleonora voor ogen hadden: verheven, sereen, bijna bovenmenselijk – kortom, de perfecte heersers. Ze lieten er tientallen kopieën van maken die over heel Toscane werden verspreid. Niets is zo dwingend als de alom aanwezige ogen van de hertog, moet Cosimo hebben gedacht.’

Bronzino schilderde vervolgens nog vele Medici-portretten, waaronder dat van de kleine Giovanni de’ Medici met goudvink en dat van Bia de’ Medici, de onwettige dochter van hertog Cosimo I de’ Medici, uit een relatie voorafgaand aan zijn huwelijk met Eleonora di Toledo. De kleine Bia werd slechts zes jaar oud. Bronzino schilderde het portret pas na haar dood, in opdracht van Cosimo.

Kuipers: ‘Na 1560 ging het met de carrière van Bronzino bergafwaarts. In 1562 overleed Eleonora, zijn grote inspirator en beschermvrouwe, en in 1564 beëindigde Cosimo zijn contract als hofschilder. Bronzino’s koele, gestileerde afstandelijkheid stond ver af van de pracht en praal van de Barok, die steeds meer in de mode kwam bij de Europese vorstenhuizen. Het zou tot de negentiende eeuw duren dat Bronzino werd herontdekt door het grote publiek. Bij zijn dood in 1572 sprak zijn adoptiefzoon Alessandro Allori de profetische woorden: ‘Hij die heeft geleefd als Bronzino, zal nooit sterven.’’*

De tentoonstelling in het Palazzo Strozzi bewijst hoe waar deze woorden waren. Maar ook buiten de schilderkunst zien we Bronzino’s nalatenschap geregeld opduiken. Zo duikt Cupido’s voet van Bronzino’s De overwinning van Venus terug in de televisieserie Monty Python’s Flying Circus.

zie voor het volledige artikel Italië Magazine nummer 4, najaar 2010

Ontdek onze digitale reisgidsen voor nóg meer tips

Een reactie

  1. indrukwekkend. Mij treft vooral de vroeg-sterfte bij de mensen in die tijd..

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *