Vroegboekkorting bij hu openair villages & campings

Roadtrip – op weg naar Rome verandert alles…

Drie jaar geleden liepen veertigers Zoë en Martin samen de Camino de Santiago. Op zoek naar zichzelf vonden ze elkaar. Hun relatie hield geen stand, maar in Roadtrip krijgen ze een tweede kans als ze Zoë’s vriendin Camille en haar toch-niet-ex-man Gilbert vergezellen op weg naar Rome.

Camille heeft MS en wil koste wat kost de lange voettocht volbrengen, ondanks het feit dat de tocht lang niet zo soepel verloopt als hun Spaanse pelgrimage.

Ze treden eerst in de voetsporen van de heilige Franciscus en wandelen later over de Via Francigena, maar ondervinden vooral op de eerste route veel tegenslag. Het is ruig, het plenst in de Alpen en ze logeren vaak in hotels en pensions die hun beste tijd hebben gehad.

Al wandelend worden de relaties op de proef gesteld. Iedereen heeft zijn eigen redenen om de eindstreep in Rome te willen halen. Tot het noodlot toeslaat, maar natuurlijk niet zoals je zou verwachten…

Lees alvast een fragment
‘Ik stel voor dat we hier pauzeren,’ zei Martin toen we in het pittoreske Pietrasanta aankwamen. Meestal onderbraken we de tocht niet voor de lunch, maar Gilbert liep al met Camille naar het café. ‘Eet later maar,’ zei Martin. ‘Het schijnt hier één groot beeldenpark te zijn.’

Toen we in Pietrasanta aankwamen, had ik de veelkoppige marmeren chimera met een duif van Alba Gonzales gezien, die duif misschien vanwege de pelgrims, maar er stonden veel meer moderne sculpturen in de straten: dansers, een meisje op een schommel, een groep mensen.

‘En ik heb gelezen dat er een kerk is die we niet mogen missen.’ Martin nam me niet mee naar de kathedraal, maar wees naar een open deur opzij van de lange promenade.

Op het eerste gezicht was het gewoon weer een oude kerk met fresco’s. Toen keek ik nog eens goed. ‘Dat lijkt wel een Fernando Botero.’

‘Hij schijnt hier een huis te hebben. Vind je zijn werk mooi?’
‘Of ik het mooi vind?’ Waar moest ik beginnen? ‘Die man is een genie.’

‘Maar vind je het móói?’ Martin stond voor een fresco dat in vergelijking met alle andere die we hadden gezien nogal oneerbiedig was. De personages waren typerend voor Botero, sommige onwaarschijnlijk, of onmogelijk, groter dan levensgroot – de duivel die de chaos overzag de de vrouw in calvera-stijl met groteske rode lippen op haar doodshoofd. Uit de trog onderin dook het hoofd van Hitler op. Niet iets wat ik had verwacht te zien in een Italiaanse kerk.

‘Mooi is het woord niet. Hij heeft me veranderd. De Au Ghraib-serie…. Dat werk heeft ervoor gezorgd dat ik kon overleven door politieke cartoons te tekenen, omdat ik zag wat hij kon doen, wat kunst kon doen in een politieke context.’

Ik moest wel vijf minuten onafgebroken hebben gerateld. Martin leek gefascineerd te luisteren. Toen in eindelijk klaar was en vroeg: ‘Beantwoordt dat je vraag?’ schoot hij in de lach.

‘Inspiratie voor je eigen cartoons?’
In gedachten schetste ik al pelgrims die genezing zochten in de calvera-stijl. Misschien zat er een idee voor een boek in. Toen ik besefte dat de vrouw met het doodshoofd Camille moest zijn, was ik er minder zeker van dat het een goed idee was, al zou het zeker in overeenstemming zijn met de sombere toon van de Ligurische schetsen.

‘En vanavond,’ zei hij, ‘gaan we helemaal op de pelgrimstoer. Camaiore: een ommuurde vesting, ontstaan in 190 voor het begin van onze jaartelling, en ik heb een pellegrino-hostel in een oude abdij gevonden. Misschien een beetje spartaans, maar ze hebben vast een mooi stempel voor ons paspoort.’

Lees verder in

Roadtrip | Graeme Simsion & Anne Buist | vertaald door Mariëtte van Gelder | ISBN 9789024595181 | € 20,99 | uitgeverij Luitingh-Sijthoff | bestel Roadtrip bij je lokale boekhandel of via deze link bij bol.com (ook verkrijgbaar als e-book)

Download de gratis Ciao tutti app voor nog meer tips

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *