Twee jaar geleden genoten we van het boek Italiaanse toestanden van Stef Smulders, waarin hij heerlijk gedetailleerd verslag doet van zijn emigratie naar Italië. Stef vertrok in 2008 met man Nico en hond Saar naar de Oltrepò Pavese, in het noorden van Italië, om daar B&B Villa I Due Padroni te beginnen. Hij verkocht zijn huis, liet familie en vrienden achter en deed een sprong in het onbekende.
Hij nam alle Italiaanse toestanden onder de loep en op de korrel – en uiteindelijk voor lief. Het leverde gedenkwaardige momenten op, die met recht gebundeld werden in een boek dat regelmatig een lach op ons gezicht toverde.
Nu is er het vervolg: Meer Italiaanse toestanden. Stef tekende wederom een veertigtal humoristische belevenissen op over la dolce vita in Italië, dat soms even wat bitterder is dan het van een afstand lijkt. Stef vertelt over het eten van pizza en het verlengen van paspoorten, van het proeven van wijn tot een misdadige dierenarts en uitstapjes naar Le Marche en Sardinië. Vandaag delen we een van de nieuwe verhalen, I fantasmi geheten:
‘Solo autosuggestione!’ zei onze gids en veegde daarmee in een zwaai alle verhalen over spoken en geesten die er over het kasteel de ronde deden van tafel. Wat krijgen we nu? dachten wij. Een Italiaan die niet bijgelovig was, bestond die echt? Dat kon haast niet waar zijn. In de jaren dat we in Italië woonden, verbaasden we ons steeds weer over het bijna heilige geloof dat de zuiderlingen hechten aan maankalenders, horoscopen, numerologie en dergelijke.
Zelfs in meer serieuze omgevingen gaven verstandige mensen tot onze verbijstering blijk van een rotsvast geloof in dergelijke pseudowetenschappen. De gids van vanmiddag was eigenlijk de eerste echt nuchtere ’geest’ die we hier in Italië tegenkwamen! Maar uit het morrende gemompel dat als reactie op zijn boude uitspraak te horen was, maakten we op dat hij in dit gezelschap de enige was. Er gingen zoveel verhalen rond en er waren getuigen en was er laatst niet een wetenschappelijk onderzoek gedaan naar de vreemde stemmen en verschijnselen in het kasteel? Dus? Dus!
Het was ons eindelijk gelukt om een keer met een rondleiding door het kasteel van Zavattarello mee te doen, na verschillende eerdere, vergeefse pogingen. Het kasteel is alleen op zondag open en dan was er ’s ochtends een rondleiding om 10.00 uur en ’s middags een om 14.30 uur. Die van tien uur haalden we nooit want het was tenslotte zondag en een uur rijden vanaf ons huis. En voor die van 14.30 uur waren we een aantal keren te vroeg of te laat geweest. Te laat is natuurlijk te laat en anderhalf uur te vroeg is veel te vroeg, zoveel dat het geen zin heeft om te blijven rondhangen. In Zavattarello valt nu eenmaal niet veel anders te zien, zelfs geen stoplicht dat dan weer op rood, dan weer op groen springt.
Een keer waren we ’maar’ drie kwartier te vroeg en dachten we de tijd te doden door even te gaan lunchen. Een lunch die uitliep, zodat we de tour weer misten. Het dreigde zo langzamerhand een running gag te worden (‘Zullen we vanmiddag naar het gesloten kasteel gaan?’). Verschillende keren hadden we voor het gesloten hekwerk staan smachten en fotografeerden we het bordje met de openingstijden opnieuw, om die bij een volgende poging weer te vergeten.
Maar deze middag was het eindelijk gelukt! Om half drie schreden we, plechtig als waren we de vroegere adellijke bewoners Piero dal Verme en Chiara Sforza zelf, de kasteelpoort binnen. Op het plein stond al een schare belangstellenden klaar. Maar nog geen gids. We wachtten. En wachtten. Ze zullen het toch niet afgelasten? dachten we angstig. Na een half uur verscheen er een toeristisch treintje in de poort, dat over de keien van het binnenplein rammelend verder sukkelde voor het bij de ingang van het kasteel tot stilstand kwam. Er stapten een paar families uit. Hier hadden we dus op gewacht, op deze luie Italianen die het te inspannend hadden gevonden om vanuit het dorpje naar boven te klimmen!
De gids, te herkennen aan zijn corduroy gidsenkostuum, verscheen nu ook. Hij bleek een echte ’spreker’: voordat we überhaupt het kasteel binnengingen, had hij al veel spraakwater vergoten. Onze verteller was goed te volgen dankzij zijn duidelijke Italiaanse uitspraak en zo leerden we het nodige over de geschiedenis en wederwaardigheden van de burcht.
Oorspronkelijk uit negenhonderd-en-nog-iets (ten tijde van keizer Otto 1), werd het kasteel echt belangrijk tijdens het beheer van Jacopo dal Verme (veertiende eeuw) die hier een internationaal vermaarde militaire school vestigde. Als bolwerk van de partizanen tijdens de Tweede Wereldoorlog (zelfs de klopjacht op Mussolini zou van hieruit vertrokken zijn!) legden de Duitsers het in 1944 in de as, waardoor het historische interieur en de bibliotheek verloren gingen.
De afgelopen decennia had de kleine gemeente Zavattarello het in alle glorie hersteld en het zag er nu prachtig uit. De inrichting was bescheiden maar smaakvol. Prachtige ijzergesmede wandlampen, mooie meubels, beeldhouwwerk en een schilderijencollectie. Vanaf de twee buitenterrassen was het uitzicht formidabel, want de ligging van het kasteel is, uiteraard, strategisch, op een heuvel tussen twee dalen.
De gids verlustigde zich in leuke anekdotes en saillante details. In de kelder was er niet alleen een gevangenis voor gewone dieven, maar ook een nog kleinere, voor corrupte en anderszins hinderlijk in de weg lopende politici van die tijd. Berlusconi was zeker even een luchtje scheppen, dachten we, want hij zat er niet. Boven op de woonverdieping was een cel voor overspelige vrouwen (bunga bunga?) die er met kettingen aan de muren werden vastgebonden. Toevallig of niet, deze cel bevond zich naast de kamer van de graaf (Italianen houden niet van lopen). In een van de andere kamers bevond zich een lange houten tafel, genaamd ‘van de timmerman’, wat een eufemisme voor marteltafel bleek te zijn.
In het kasteel was ooit graaf Piero dal Verme vergiftigd, maar zijn geest zwierf hier echt niet stiekem rond om de moderne bezoekers schrik aan te jagen, vertelde de nuchtere gids. Hoewel? In 2013 was er serieus onderzoek gedaan naar het gespook in het kasteel. Een groep jonge onderzoekers installeerde geluidsopnameapparatuur en scanners en wachtte af. En inderdaad, als je heel goed luisterde was er af en toe een onverklaarbaar geluid te horen. Klonk daar niet een stem? Zei iets of iemand daar niet ‘Roby’?
De rondleiding eindigde bij een van de muren buiten het kasteel, waar een dubbelloops schietgat te zien was. Volgens onze verteller was dit een uitvinding die Leonardo da Vinci speciaal voor dit kasteel had gedaan (elk gehucht heeft hier zijn eigen ’Leonardo was here Erlebnis’).
De truc zat ‘m hierin dat de vijandelijke strijder buiten de muur zou bukken voor het eerste, normale schietgat, om niet geraakt te worden, maar dat hij niet door zou hebben dat er nog een tweede was, schuin op de andere. Dus eenmaal het eerste gat gepasseerd, zou hij zich veilig wanen, zich oprichten en alsnog een kogel tussen de schouderbladen krijgen. Was getekend, Leonardo!’
Lees alle nieuwe Italiaanse verhalen in
Meer Italiaanse toestanden | Stef Smulders | ISBN 9789461851369 | € 17,50 | bestel via deze link bij bol.com of direct bij auteur zelf (ook verkrijgbaar als e-book)