Naar hoofdinhoud Naar navigatie
19 december 2018

Grand Hotel Europa – Ilja Leonard Pfeijffer

In de smalle donkere steegjes van Genua woont een van de meest virtuoze schrijvers van onze tijd. De wind fluistert hem hier ongebreidelde inspiratie in, zo getuigen onder meer het ruim 350 pagina’s tellende La Superba, de mooiste ode die ooit voor een stad is geschreven, en het vuistdikke Brieven uit Genua (met bijna 700 fascinerende pagina’s).

Gelukkig blijft de Noord-Italiaanse havenstad Ilja Leonard Pfeijffer inspireren, dit keer in een veel bredere context dan de stad zelf.

In het net verschenen Grand Hotel Europa neemt Pfeijffer zijn intrek in het illustere maar in verval geraakte Grand Hotel Europa. Hij trekt zich terug om te overdenken waar het is misgegaan met Clio, op wie hij in Genua verliefd was geworden en met wie hij in Venetië was gaan wonen.

Hij reconstrueert het meeslepende verhaal van liefde in tijden van massatoerisme, van hun reizen naar onder andere Palmaria, Portovenere en de Cinque Terre en hun spannende zoektocht naar het laatste schilderij van Caravaggio.

Al gravend in zijn herinneringen vat hij ook een fascinatie op voor de mysteries van Grand Hotel Europa. Hij raakt meer en meer betrokken bij de memorabele personages die het hotel bevolken en die uit een eleganter tijdperk lijken te stammen, terwijl de globalisering ook op die schijnbaar in de tijd gestolde plek om zich heen begint te grijpen.

Grand Hotel Europa is een grootse roman over ons deel van de wereld, waar zoveel verleden is dat er voor toekomst geen plek meer is, waar het meest reële toekomstperspectief geboden wordt door de exploitatie van dat verleden in de vorm van toerisme.

Een fragment
Elke keer dat je aankomt in Venetië, is de eerste keer. Hoewel ik er vaak was geweest en de klinkende namen van Titiaan en Tintoretto achteloos door soireetjes had laten rollen, hoewel ik geroutineerd in mijn krant bleef lezen terwijl de vuurrode hogesnelheidstrein mij over de landverbinding van Mestre naar de oude stad bracht en veelbetekenend begon af te remmen, en hoewel ik mij had voorgenomen om mijn entree in de stad met een praktische instelling te benaderen en enige eventuele beroering van het gemoed uit te stellen totdat ik goed en wel was geïnstalleerd, moest ik even naar adem happen toen ik het station uit liep en het breekbare, pastelkleurige cliché van de stad aan het groene water zich onbekommerd en schijnbaar onschuldig voor mij ontvouwde.

Venetië glimlachte naar mij als een geliefde die op mij had gewacht. Al die eeuwen dat ze geduldig uit het raam had gestaard, hadden haar kalm en mooi gemaakt. Haar juwelen rinkelden terwijl ze haar zachte, warme armen spreidde voor een langverwachte omhelzing die noodlot was en bestemming, en heel even giechelde ze omdat alles eindelijk logisch was. Als zij van eeuwigheid fluisterde, wist ze waarover ze het had. Ze had genoeg jurken voor alle feesten die zouden komen.

Er bestaat geen betere stad dan Venetië om in aan te komen terwijl er een geliefde op je wacht. Clio was mij vooruitgereisd. We hadden de taken verdeeld. Terwijl het mijn opdracht was geweest om onze oude huizen bezemschoon op te leveren en de laatste formaliteiten af te handelen met de respectievelijke huisbazen, was zij alvast naar Venetië gegaan om ons nieuwe huis aan kant te maken en de verhuizers te ontvangen. We hadden weinig spullen. De bulk waren haar boeken. Ik had de grap al eens gemaakt dat zij een zwaar vak had. Kunsthistorische studies zijn gewichtig. Ook die grap had ik al eens gemaakt. Maar door de telefoon had ze gezegd dat de verhuizing goed was gegaan. Ze was al begonnen met het uitpakken van de dozen. Ze wachtte op mij. Ze hield van mij.

Ergens achter deze lonkende façades in het zuchtende praalgraf van de stad moest zich een straat bevinden die Calle Nuova Sant’Agnese heette. Die hoefde ik alleen maar te vinden om haar te vinden, in verhuis-T-shirt en joggingbroek, haar lange donkere haar in een praktisch knotje en misschien met een lik verf op haar neus, zoals in televisiereclames voor jonge gelukkige stellen, tussen de dozen in een huis dat altijd zonnig zou zijn en waar het leven zou beginnen. En vanavond zou ze haar baljurk aantrekken om hand in hand met mij avonturen tegemoet te ruisen op pleinen, in stegen en langs zwarte grachten, en ravissant een eclatant verhaal toe te voegen aan de galmende historie die deze stad aan de lippen stond als wassend water.’

© Ilja Leonard Pfeijffer | Grand Hotel Europa

Kopen dat boek, en dan langzaam lezen, omdat elke zin al prachtig is van zichzelf, laat staan in de context van het grotere geheel. Dat Ilja Leonard Pfeijffer nog maar lang door de steegjes van Genua mag lopen om zijn hoofd te vullen met inspiratie voor zinnen die je voor altijd bijblijven.

Grand Hotel Europa | Ilja Leonard Pfeijffer | ISBN 9789029526227 | € 24,99 | uitgeverij De Arbeiderspers | bestel Grand Hotel Europa via deze link bij bol.com | ook verkrijgbaar als e-book

2 reacties

  1. Puck Ras schreef:

    Ik zoek me rot naar de Italiaanse versie, op vakantie in Italie moest ik hem eerst bestellen want hij komt in september uit. Opsturen doen ze niet. Ik wil het boek heel graag lezen maar in het Italiaans.

  2. Saskia schreef:

    Na verschijning kun je het boek vast ook online bestellen, via bol.com.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Ciao tutti is hét startpunt voor je vakantie naar Italië, bomvol persoonlijke tips. Buon viaggio!

autohuur italië
Bol AlgemeenBol Algemeen