Dat er geen Nederlandstalige reisgids bestond over de regio Abruzzo heeft Ingrid Paardekooper altijd onbegrijpelijk gevonden. Zij komt er al jaren en hoe beter zij Abruzzo leerde kennen, hoe groter haar overtuiging: deze regio verdient veel meer bekendheid!
En dus begon zij erover te schrijven. Eerst op een Facebookpagina, daarna op haar eigen website In-Abruzzo.com en nu is er dan ook een boek, de eerste Nederlandstalige gids over Abruzzo: Abruzzo – het groene hart van Italië.
Ingrid neemt ons in dit boek mee langs routes door de vier provincies die Abruzzo telt: L’Aquila, Teramo, Pescara en Chieti. Daarbij komen we langs de besneeuwde bergtoppen en de hoogvlaktes van de Apennijnen in het westen, de heuvels met wijnvelden en olijfgaarden ten oosten daarvan en de langgerekte kust langs de helder blauwe Adriatische Zee. In dat prachtige landschap treffen we overal schitterende dorpjes en stadjes aan, die vaak verrassende architectuur en kunst in zich verborgen hebben.
Voor de lezers van Ciao tutti geeft Ingrid alvast een voorproefje van deze prachtige regio, in vijf thema’s.
© foto: Ecotur.org
Abruzzo – de groenste regio van Europa
De regio Abruzzo noemt zichzelf de groenste regio van Europa – en dat is niet voor niets. Naast een regionaal park en diverse natuurreservaten van het Wereldnatuurfonds zijn er maar liefst drie nationale parken te vinden, die samen een derde deel van de regio bestrijken en alle drie bijzondere flora en fauna kennen.
Het Parco Nazionale del Gran Sasso e Monti della Laga ligt in het noorden, is ruig en kenmerkt zich door uitgestrekte hoogvlaktes. Campo Imperatore is de grootste hoogvlakte en wordt vanwege zijn uitgestrektheid ook wel ‘Klein Tibet’ genoemd.
Het Parco Nazionale della Majella, dat in centraal Abruzzo rond het Majella-massief ligt, bestaat voor het grootste deel uit bergen en bossen en was vanwege z’n onherbergzaamheid in trek bij struikrovers en kluizenaars, die zich daar uitstekend konden terugtrekken.
Het Parco Nazionale d’Abruzzo maakt deel uit van een nog groter park, het Parco Nazionale d’Abruzzo, Lazio e Molise (PNALM), het oudste nationale park van Italië, met bergen, bossen en meren. De opvallendste verschijning is de Marsicaanse beer, die alleen in dit park te vinden is en dan ook is uitgegroeid tot hét symbool van het nationale park.
© foto: Ecotur.org
Alle drie de parken zijn geliefde plekken voor wandelaars, ruiters en fietsers, voor wie ook vele voorzieningen getroffen zijn. De vele, vaak pittoreske dorpjes die verspreid in de parken te vinden zijn, zijn uitstekende uitvalsbases voor dagtochten.
Paradijs voor monniken en kluizenaars
In Abruzzo hebben Benedictijner monniken lange tijd een stempel gedrukt op de ontwikkeling van de regio. Met name in de achtste eeuw maakte het monnikendom een bloeiperiode door, met alle weldadige gevolgen van dien: overal in Abruzzo ontstonden machtige Benedictijner abdijen, die voor de organisatie van het sociale leven zorgden en die centra van economische groei werden.
Daarnaast heeft de regio een groot deel van haar kunstschatten aan de kerk en het kloosterleven te danken. Nog steeds zijn in Abruzzo veel abdijen te vinden, die soms prachtige kunstwerken herbergen.
Misschien wel de bekendste monnik was Pietro da Morrone, de latere paus Celestinus V. Deze vrome monnik heeft bijna zijn hele leven gewijd aan eenzame afzondering in het Majella-gebergte. Zijn faam was groot en regelmatig moest Pietro verhuizen naar weer een andere grot, omdat zijn kluizenaarsbestaan verstoord werd door een toeloop van mensen, die zich aangetrokken voelden tot zijn vroomheid of zijn manier van leven.
Zo heeft deze Pietro een spoor aan kluizen achtergelaten, die veelal op fantastische plekken liggen, midden in de bergen, omringd door groen. Bij Roccamorice ligt de San Bartolomeo in Legio, in een dal, iets boven een rustig kabbelend riviertje. De kluis is alleen te voet te bereiken. Met elke stap naar beneden wordt het stiller, totdat je op een gegeven moment niets anders hoort dan het ruisen van de bladeren en het kabbelen van het riviertje.
Kastelen en burchten in Abruzzo
Abruzzo is eeuwenlang het strijdtoneel geweest van zwaardkruisende adel, koningen, keizers en pausen. Daarom zijn er overal – op bergtoppen, op heuvels en aan de kust – kastelen en burchten te vinden.
Het meest magische kasteel is toch wel Rocca Calascio. Dit kasteel vindt zijn oorsprong rond het jaar 1000. Vanaf de burcht had men driehonderdzestig graden uitzicht en dus controle over de vallei. Bij naderend gevaar konden nabijgelegen stadjes meteen gewaarschuwd worden, met spiegels, vuur of klokken.
In de vijftiende eeuw reduceerde een zeer zware aardbeving het kasteel tot een ruïne, die nooit werd herbouwd. Gelukkig werd het gehucht er vlak onder wel nieuw leven ingeblazen. Met de barretjes, restaurants en de kunstateliers kun je in en rond het kasteel een aangename middag doorbrengen.
In de moderne tijd hebben de ruïnes tot de verbeelding gesproken van menig cineast. De bekendste film die daar is gedraaid, is wellicht Lady Hawk met Michelle Pfeiffer en ‘onze eigen’ Rutger Hauer.
De mooiste dorpjes van Abruzzo
Met maar liefst 23 borghi più bellli is Abruzzo koploper van alle regio’s van Italië. Een paar ervan kwamen bij Ciao tutti al eerder ter sprake (zie deze blog). Hier noemen we er nog een paar.
Pettorano sul Gizio ligt hoog tussen de bossen en dalen van de Monte Genziana, waar de Gizio doorheen stroomt. Het plaatsje is in de twaalfde eeuw ontstaan, toen de Normandiërs op deze plek een toren als uitzichtpost bouwden.
De middeleeuwse borgo is nog steeds intact en de gemeente doet er veel aan om het aantrekkelijk te houden. Het is dan ook een prettig dorpje om te bezoeken. Het gezellige middelpunt is Piazza Zannelli, met barretjes, terrassen en een restaurant.
Anversa degli Abruzzi is zo’n bergdorp waar Italië patent op lijkt te hebben: het is als het ware tegen een berg aan geplakt, met op de top een burcht en daaronder smalle steegjes, poortbogen, pleintjes met fonteinen en prachtige uitzichten.
Het dorp ligt in de Gole del Sagittario, een bergkloof die tot de mooiste van Abruzzo behoort en een natuurreservaat van het Wereldnatuurfonds is. Hoog op een rots, als een soort adelaarsnest, ligt daar ook Castrovalva. Hier kwam in 1929 Maurits Cornelis Escher terecht, die zo gefascineerd raakte door de omgeving en het dorp, dat hij het vastlegde in zijn litho Castrovalva. Het dorp heeft een straat naar hem vernoemd.
De lekkerste delicatessen uit Abruzzo
De lange geschiedenis van schapenhouden heeft Abruzzo een prachtige erfenis gegeven in de vorm van kaas (pecorino), worst en wol. Symbool voor die lange verbondenheid met schapen zijn ook de arrosticini: spiesjes met stukjes schapenvlees, in vorm vergelijkbaar met saté.
Vooral bij feesten in de zomer zijn ze populair. Dan worden lange barbecues neergezet, waarmee het feestgezelschap de hele avond wordt voorzien van de spiesen. Traditioneel wordt daarbij brood gedrenkt in olijfolie gegeten en Montepulciano d’Abruzzo gedronken. Je eet de arrosticini met je handen: je trekt het vlees met je tanden van de spies af. Het gebruik van bestek is uit den boze!
Last but not least is een verblijf in Abruzzo niet compleet zonder een bezoek aan een van de vele wijnhuizen die de regio rijk is. De familie Pietrantonj bijvoorbeeld verbouwt al sinds 1791 wijn en olijfolie en heeft inmiddels honderd hectaren aan velden, waarvan zestig hectaren aan wijngaarden.
De oude kelders en wijnvaten zijn, met enige aanpassingen, nog steeds in gebruik. Ze verbouwen Montepulciano en Pecorino, maar ook wijnsoorten en passito’s die van daarvan zijn afgeleid, zoals de prijswinnaar Cerasuolo d’Abruzzo.
Nog veel meer informatie over deze schitterende regio vind je in het rijk geïllustreerde boek
Abruzzo – het groene hart van Italië | Ingrid Paardekooper | ISBN 9789492500137 | Edicola Publishing | bestel Abruzzo – het groene hart van Italië via deze link bij bol.com
© foto’s: Ingrid Paardekooper | www.in-abruzzo.com