Zomaar een zaterdagavond in Parma. De schaduwen die over de pastelkleurige gevels strijken worden steeds langer, de lucht tintelt van verwachtingen over wat deze zaterdagavond gaat brengen.
Saskia: ‘De winkels sluiten hun deuren, de barretjes op mijn route naar ‘huis’ barsten bijna uit hun voegen. De meeste gasten zoeken een plekje op straat, een glas wijn in de hand en een plankje vol prosciutto en Parmigiano binnen handbereik.
Ik twijfel of ik me er nog even tussen meng. Om half negen ga ik met Patrizia, de eigenaresse van de bed & breakfast waar ik logeer, eten bij Trattoria del Tribunale en eigenlijk wil ik me nog even omkleden.
Als ik echter thuis kom, blijken de plannen veranderd. Italianen zijn meesters in flexibiliteit en creativiteit en ik kijk er dan ook niet zo snel meer van op. Meestal wordt het alleen maar leuker.
Ook dit keer. Ons gezelschap blijkt te zijn uitgebreid van twee naar negen, Patrizia’s hele familie gaat mee, inclusief haar behoorlijk op leeftijd zijnde vader die een van Italiës beste stuntpiloten was, plus een vriendin en haar zoon uit Puglia, die naar Parma blijkt te zijn gekomen voor een voetbalwedstrijd die daags erna wordt gespeeld. Het voelt als één grote familie, waarvan ook ik onderdeel mag zijn.
Uiteindelijk zitten we om half tien aan tafel, met borden vol tortelli en heel, heel veel ongedwongen gezelligheid. In een dergelijke setting zijn Italianen op hun best. Zet ze aan een lange tafel met lekker eten en er ontstaat een beetje magie.
Het was een avond met een gouden randje. Ver na middernacht rol ik met een grote glimlach op mijn gezicht in bed. Wat zal ik dat missen als ik straks weer in Nederland ben…’
Een week later, in Amsterdam. De eerste zonnige zaterdagmiddag, die dankzij de warme voorjaarszon bijna zomers aanvoelde, loopt ten einde. De terrassen zitten voor het eerst weer vol, om de tafels en stoelen heen staan mensen met een glas wijn in hun hand en een vrolijke twinkeling in hun ogen. Het wordt toch eindelijk echt voorjaar.
Saskia: ‘De uitgelaten sfeer werkt aanstekelijk. Ik denk weer even terug aan de onvergetelijke avond in Parma. Wat zou ik daar graag weer even aan tafel zitten…
In plaats daarvan strijk ik samen met Willemijn neer bij Renato’s Osteria, die een paar dagen eerder de deuren van hun nieuwe pand hebben geopend, op de hoek van het Van der Helstplein, net achter ons kantoor.
Eerder aten we al eens bij de pizzeria (een all time favourite voor pizza na een lange schrijf- of reisdag) en bij de osteria, maar dit nieuwe pand voelt meteen als een stukje Italië. Dat komt niet alleen door het mooie weer (waardoor we heerlijk bij de openstaande ramen kunnen zitten) en de grote olijfboom voor de deur, maar vooral door de gastvrijheid van Sanne Schraa, die er hier samen met broer Freek voor zorgt dat het je aan niets ontbreekt.
We hoeven ons hoofd niet te breken over de wijnkaart (die overigens erg mooie wijnen bevat, zoals we later zien), maar krijgen van Sanne een sprankelend glas Spumante Valdobbiadene Fagher van Le Colture.
Diezelfde service krijgen we als we veel te veel bij te praten hebben en de kaart nog niet hebben opengeslagen. Op tafel verschijnt een plankje vol lekkers van de antipasti-kaart: pane carasau (Sardijns platbrood), truffelpecorino (dat derde plakje hebben we minutieus gehalveerd, want we vonden het allebei té lekker), gegrilde groenten, finocchiona (Toscaanse venkelsalami) en prosciutto. De uitsmijter van de plank is echter de boterzachte burrata, met een zoetpittige tomatenmarmelade.
We kunnen vanaf onze plek net la cucina in kijken en gebaren naar de Italiaanse keukenbrigade dat het meer dan voortreffelijk smaakt. Met de energie die hier hangt, het plezier waarmee iedereen aan het werk is en het lekkers dat ze op tafel toveren, waan ik me weer even aan die lange familietafel in Parma.
Willemijn en ik nemen ondertussen even de tijd voor de kaart. Buiten is het nog steeds licht, de ramen staan nog altijd open en kinderen krijten het hele plein vol kleurrijke regenbogen. De stad lijkt uit haar winterse schuilplaats gekropen.
Dat vier ik met een zomerse pasta, die ik het liefst eet met zand tussen mijn tenen: spaghetti alle vongole e cozze al cartoccio, met venusschelpjes en mosselen. Inderdaad een zomers feestje op je bord én in je mond, mede met dank aan de zondoorstoofde citroenrasp waarmee het gerecht is gegarneerd. Een slok van de Greco di Tufo die Sanne bij dit gerecht aanraadt, zorgt voor nog een extra zonnestraaltje.
Willemijn kiest de rigatoni alla carbonara. We zijn het er allebei (ik moest natuurlijk even proeven) meteen over eens: dit is de lekkerste carbonara die we ooit in Amsterdam aten. Of misschien wel de beste die we ooit buiten Rome aten.
Tijdens het toetje – een perfecte affogato (espresso met een bolletje vanille-ijs) – overvalt me hetzelfde gevoel van geluk als vorige week in Parma. Een tafel vol lekkers, een dierbare vriendin en collega én de mensen van Renato’s die zorgen voor hetzelfde familiegevoel.
Met een ijskoude limoncello van het huis toosten op onze Italiaanse familie in Amsterdam en op de zomer die komen gaat. Hopelijk wachten nog vele avonden op dit gezellige pleintje, om even de sfeer van Italië op te snuiven en ons hart te vullen met puur geluk. Salute!’
Je vindt Renato’s Osteria aan het Van der Helstplein 17 in Amsterdam. De osteria is dagelijks geopend vanaf 17.30 uur (met uitzondering van Koningsdag, kerstavond, Eerste Kerstdag en Nieuwjaarsdag). Reserveren kan via 0031-(0)203627233.
Sanne en Freek hebben duidelijk net als wij heel veel Italië in hun hart. Dat blijkt uit de kleinste details. We verklappen niet alles, want juist de verrassende kleine attenties maakt de beleving bij Renato’s af. Wat we wél nog willen verklappen, ook al klinkt dat misschien gek, is dat je echt even de tijd moet nemen voor een toiletbezoek. Hier vind je namelijk verrassende element uit de Italiaanse keuken…