Download de gratis Ciao tutti app voor nog meer tips

Sant’Antioco (Sardinië) – het op drie na grootste eiland van Italië

Het schiereiland Sant’Antioco is met een dam verbonden met ‘moedereiland’ Sardinië. Met een oppervlakte van iets meer dan honderd vierkante kilometer is Sant’Antioco het op drie na grootste eiland van Italië (na Sicilië en Sardinië zelf is alleen het eiland Elba nog groter). Je vindt er dan ook veel moois en lekkers!

Archeologisch museum van Sant’Antioco

Onderweg naar het schiereiland zie je twee enorme menhirs. Op het eiland zelf is de geschiedenis ook niet ver weg, met onder  andere de necropolis Punica e Romana, met maar liefst vijftig antieke graven.

In het Museo Archeologico (aan de Via Sabatino Moscati 1) duik je in de historie van het eiland, aan de hand van verschillende archeologische vondsten, vanaf de eerste neolithische nederzettingen tot de late Romeinse tijd.

Niet alleen de collectie is de moeite waard, ook het museum zelf mag er zijn. Het heeft namelijk onderdak gevonden in een aantal archeologische bezienswaardigheden, zoals het Forte Sabaudo.

foto’s: Parco Storico Archeologico di Sant’Antioco

Bisso – zijde van de zee

Chiara Vigo is de enige overgebleven maestra del bisso ter wereld. Ze woont en werkt op Sant’Antioco. Ze heeft van haar atelier (aan de Viale Regina Margherita 111) een klein museum gemaakt waar je haar en haar kunstwerken kunt bewonderen. Verwacht echter geen standaard-museum met toegangskaartjes en rondleidingen. Het atelier is Chiara haar thuis en bisso haar leven. Een bezoek aan haar museum is een bezoekje aan haar hart.

Bisso is een eeuwenoude stof gemaakt van schelpen. De basis bestaat uit het materiaal waarmee de steekmosselen zich vasthechten aan de zeebodem. Dit wordt op een speciale manier bewerkt tot een goudkleurige stof. Drieduizend jaar geleden was bisso de basis voor kleding van koningen en koninginnen. Tegenwoordig is de traditie bijna uitgestorven. Maar gelukkig is Chiara er nog!

Chiara is opgegroeid met bisso. Ze leerde het van haar oma, die het op haar beurt van haar oma aangeleerd kreeg. De bisso-techniek werd overgedragen van generatie op generatie. Zoals gezegd is Chiara op dit moment de enige overgebleven persoon die het hele bisso-proces kent: van het opduiken van de schelpen tot het verwerken van de stof.

Vandaar dat ze sinds 2005 is opgenomen op de Werelderfgoedlijst van Unesco. Chiara zelf vindt het allemaal maar gedoe. Zolang zij haar bisso kan maken en jonge mensen kan onderwijzen in de techniek, is ze gelukkig.

foto’s: Andrea Margelli

Culinaire tips in Sant’Antioco

Voor de lunch doe je inkopen bij Panifici Calabrò (aan de Corso  Vittorio Emanuele 138), waar je ook terecht kunt voor een aperitivo in vigna, een aperitivo in de wijngaard. Heel romantisch!

foto’s: Panifici Calabrò

We raden je ook aan een avond aan te schuiven bij Renzo e Rita (Via Nazionale 42), die verrukkelijke pizza’s bakken. Hun eigen Pizza Renzo e Rita met champignons en zongedroogde tomaatjes is om je vingers bij op te eten…

foto: Renzo e Rita

Calasetta – een veilige thuishaven

Ongeveer tweehonderdvijftig jaar geleden vestigden enkele families die afkomstig waren van Tabarka (een eiland voor de Tunesische kust, ter hoogte van de gelijknamige stad) zich op het eiland Sant’Antioco, waar ze het dorp Calasetta stichtten. Tegenwoordig vind je in dit kleine maar levendige dorp vooral veel witgeschilderde huizen, maar Calasetta en omgeving staat ook bekend om de schitterende stranden en heerlijke Carignano-wijn.

Vanaf de zee zie je de witgeschilderde gevels van Calasetta al opduiken, die in de zomer nog witter schitteren in het felle zonlicht. De geschiedenis van het dorpje gaat ver terug tot 6 september 1770.

Op die dag vestigden enkele families van het Tunesische eiland Tabarka, destijds een kolonie van de republiek Genua, zich op Sant’Antioco, waar ze een veilige thuishaven vonden. Deze families kwamen oorspronkelijk uit Pegli, bij Genua, maar hadden zich in de zestiende eeuw als kolonisten op Tabarka gevestigd, met name voor de koraalvisserij.

Nadat ze op Tabarka tot slaaf waren gemaakt door de bey van Tunis, schoot Carlo Emanuele III, de koning van Sardinië, te hulp en bood hen het onbewoonde eiland Sant’Antioco als nieuwe woonplaats aan. Enkele jaren eerder, in 1738, vestigden zich met instemming van Carlo Emanuele III al kolonisten van Tabarka op het naastgelegen eiland San Pietro. Deze nederzetting werd Carloforte genoemd, ter ere van de koning.

De inwoners van Calasetta worden Tabarchini genoemd, ‘mensen van Tabarka’, met een heel eigen cultuur en dialect, het dialetto tabarchino. Ook de inwoners van Castelsardo op Isola di San Pietro zijn Tabarchini.

Enkele jaren later vestigden zich ook circa vijftig families uit Piemonte in Calasetta. Hoewel het niet meteen dikke mik was tussen beide groepen, werden de meningsverschillen bijgelegd: de Tabarchini wijdden zich aan de visserij en de Piemontesi aan de wijnbouw.

Ràixe – Spazi digitali per la Cultura Tabarchina

De complexe en fascinerende geschiedenis van Calasetta is gedocumenteerd in het cultureel centrum in het dorp, Ràixe – Spazi digitali per la Cultura Tabarchina (Via Umberto I 61-1). Het centrum bewaart en onderzoekt een schat aan (immaterieel) erfgoed van de gemeenschap. Ook onderhoudt het banden met plaatsen van dezelfde culturele oorsprong, zoals Pegli, Carloforte, Tabarka en Alicante (Spanje).

foto’s: Ràixe

Het ontwerp voor de nieuwe nederzetting op Sant’Antioco werd toevertrouwd aan Pietro Belly. Deze ingenieur en militair uit Piemonte ontwierp volgens de ideeën over stadsindeling ten tijde van de Verlichting een rationeel, strak stratenplan langs loodrechte assen. Nog steeds straalt het vissersdorp met zijn nette, geordende huizen en smalle straatjes een sterk gemeenschapsgevoel uit.

De mooiste plekjes van Calasetta

Op het Piazza Pietro Belly komt het karakter van deze plek het beste tot uiting. Iedereen kent en groet elkaar. De inwoners van deze kleine gemeenschap gaan vriendelijk en gastvrij met elkaar en hun bezoekers om. Het zijn aardige, innemende en spraakzame mensen. Als je vraagt waar de Torre Sabauda is, lopen ze met je mee, terwijl ze je ondertussen als een reisleider vertellen over de schoonheid van het dorp.

Wandel zeker ook door de Via Roma, waar de locals ‘s avonds flaneren. Op de boulevard vind je restaurants waar je typische gerechten uit de Ligurisch-Tabarkische keuken kunt proeven, zoals pilau met kreeft, andere schaaldieren en zeevruchten, die elke dag vers worden gevangen.

Een wandeling naar de porto laat je zien waar de schippers een veilige haven vinden, beschut tegen de wind. De haven is het ideale vertrekpunt voor excursies langs de ongerepte kustlijn van de provincie Sulcis.

Als je door de rustige steegjes omhoog loopt, zie je de hagelwitte neoclassicistische parochiekerk San Maurizio verschijnen. De koepelvormige klokkentorens lijken als Arabische minaretten naar de hemel te reiken. De toewijding van de inwoners aan hun patroonheilige wordt vooral getoond op 22 september, de naamdag van de martelaar.

Torre Sabauda en Calasetta’s paradijselijke stranden

Op het uiterste punt van het dorp staat de Torre Sabauda, hét symbool van Calasetta. De toren is tussen 1756 en 1757 gebouwd, nog voordat het dorp zelf gesticht werd, om het kanaal tussen de eilanden Sant’Antioco en San Pietro te bewaken tegen de aanvallen van piraten die tot halverwege de negentiende eeuw de welvarende tonnara’s, tonijnfabrieken, plunderden.

Calasetta beschikt ook over enkele paradijselijke stranden met prachtige rotsen en kliffen. Vanaf het hooggelegen uitkijkpunt lopen de rotsen af naar Spiaggia Sottotorre en de glinsterende, azuurblauwe zee. Iets verder naar het westen ligt Spiaggia La Salina, een strand met lage duinen vol zeelelies en zand zo wit als talkpoeder. Vlakbij vind je een bos met weelderige pijnbomen en jeneverbessen, waarachter een roze lagune ligt die vroeger een oude zoutmijn was en tegenwoordig een beschermde oase voor flamingo’s.

Verder naar het zuiden ligt het prachtige Spiaggia Grande, een zandstrand van meer dan een kilometer lang met een ondiepe zee, omgeven door een baai van tufstenen en granieten rotsen. Aan dit strand vind je verschillende strandtentjes waar je ook kunt aanschuiven voor iets lekkers.

Als laatste tippen we Cala Lunga, verborgen in een diepe fjord, tussen rotsen begroeid met jeneverbessen, mastiekbomen, rozemarijn en cactusvijgen, een wat grover strand vol schelpen en stukjes koraal.

Mangiabarche – een rots die boten eet

De ongerepte charme van dit stukje Sardinië komt het beste tot uiting bij de rots Mangiabarche. Letterlijk betekent dit ‘boteneter’ – een bijnaam waarop het boek Il mistero di Mangiabarche van Massimo Carlotto is geïnspireerd.

De naam van deze klip herinnert aan het ongelukkige lot van vele zeelieden, voor wie ter bescherming in 1935 de indrukwekkende vuurtoren gebouwd werd. Wanneer de mistral waait, trotseert de toren de woeste golven.

Ook de naam Calasetta is verbonden aan de zee. Volgens sommigen is  de naam afgeleid van calasèda, ‘kleine baai’. Anderen zijn van mening dat het is afgeleid van cal’e seda, ‘baai van zijde’, als verwijzing naar de zijde die wordt verkregen uit de vezeldraden van de grote steekmossel, die ooit in overvloed in de zee rondom Calasetta voorkwam.

Moderne kunst in het Museo Macc

Naast geschiedenis, tradities en natuur biedt Calasetta ook een onverwacht aanbod aan hedendaagse kunst. In 2000 werd het Museo Macc (Via Savoia 2) geopend, in een voormalig slachthuis, dat werd gerestaureerd om de collectie te kunnen huisvesten die schilder Ermanno Leinardi (1933-2006) aan de gemeente naliet.

Vanaf de galerij op de bovenverdieping heb je een mooi zicht op werken van onder anderen Sonia Delaunay, Giuseppe Capogrossi, Lucio Fontana, Michel Seuphor, Bice Lazzari, Mauro Reggiani, Piero Dorazio, Achille Pace, Luigi Veronesi, Jean-François Dubreuil en Claude Pasquer.

foto’s: Fondazione Macc

Cin cin! Wijn proeven in Calasetta

Een bezoek aan Calasetta is niet compleet zonder een glas Carignano geproefd te hebben, de wijn die gemaakt wordt van de oogst uit de kleine wijngaarden tussen de zee en de heuvels. Cantina di Calasetta (Via Roma 134) produceert prestigieuze wijnen.

De cantina staat in een gebied met een unieke zandgrond, waardoor de wijnstok franca di piede (met de oorspronkelijke wortels) geteeld kan worden. Samen met de zon, wind en zee leidt dit tot de voortreffelijke rode wijnen Tupei, Piedefranco en Àina, die je kunt proeven en kopen in de cantina (en ook bij Amico del Vino, mocht je te weinig plek in je bagage hebben…).

foto’s: Cantina di Calasetta

Ook La Casa di Sophia (Località Spiaggia Grande) maakt goede wijn. Het is een klein biologisch wijnhuis aan de noordkant van het eiland, op ruim vijf kilometer van Calasetta.

foto’s: La Casa di Sophia

Een derde aanrader is Tenuta La Sabbiosa (Località Cussorgia – Case sparse). De al eeuwenoude wijngaarden leveren de druiven voor een heerlijke Carignano DOC. Je kunt een proeverij boeken, waarbij je na een rondleiding geniet van twee glazen wijn en een plankje met eilandlekkernijen, in een romantische setting.

foto’s: Tenuta La Sabbiosa

Culinaire tips voor Calasetta

Trattoria/pizzeria Da Pasqualino (Via Regina Margherita 85) bestaat ruim vijfenvijftig jaar en staat bekend om de beste traditionele visgerechten van het eiland, van een goed gevulde couscous tot vissoep, gegrilde en gefrituurde vis.

Op het menu van Ristorante Pizzeria Belly (Via Roma 2), met uitzicht op het centrale plein van Calasetta, staan enkel lokale specialiteiten. Probeer de rauwe oesters, garnalen, venusschelpen en mosselen. Als je geen trek hebt in vis, kun je ook een van de pizza’s bestellen.

foto: Ristorante Pizzeria Belly

Ook bij U’ Palacca (Via Marconi 51-57) schuif je aan voor verser dan verse mediterrane gerechten, met op het menu ook veel vis, schaal- en schelpdieren.

foto’s: U’ Palacca

Mario & Pinella (Località Cala Sapone) is een strandtent met een gezellige, informele sfeer bij Cala Sapone, met prachtig uitzicht op zee, tussen Calasetta en Sant’Antioco.

Ook bij Perla da Donatello (Lungomare Cristoforo Colombo) geniet je van verse vis, met als extraatje een blik op de golven.

foto’s: Perla da Donatello

Probeer ook de fugassa (de typische focaccia uit Genua) en de gallette del marinaio (kleine stukjes knapperige focaccia, een soort ronde crackers) bij Panificio Aste (Via Roma 54).

Bij Pasticceria e Pasta Fresca Maria Teresa (Via Savoia 78a) kun je canestrelli (de typische koekjes uit Calasetta), caschette (Sardijnse koekjes gevuld met krenten, amandelen en walnoten) en verse pasta kopen.

Overnachten in Calasetta

We tippen vijf fijne hotels en bed & breakfasts in Calasetta:

*B&B Margherita
*Bobo House Calasetta
*Cala di Seta
*Oasi Blu
*Villa Acquamarina

Ontdek onze digitale reisgidsen voor nóg meer tips

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *