Gisteren maakte ik jullie al warm voor het verslag van mijn bijzondere bezoek aan het Palazzo Vecchio in Florence, waar ik de burgemeester mocht interviewen. Hoe vaak maak je nu mee dat je aan het bureau van een burgemeester mag aanschuiven? En dat wordt nog bijzonderder als je weet dat dat bureau in een met prachtige fresco’s versierde werkkamer staat, waar ooit Lorenzo de’ Medici nog heeft rondgewandeld…
Maar laat ik bij het begin beginnen. Ik moest me op maandag om vijf uur ’s middags melden in het Palazzo Vecchio. Aangezien ik – heel Nederlands – stipt op tijd was (een burgemeester laat je immers niet wachten), mocht ik nog even aanschuiven bij een openbare vergadering over het Parco delle Cascine. Ongelooflijk, welke taferelen zich in die raadszaal afspeelden! Mensen die luidruchtig telefoneerden tijdens het debat, vrouwen op de publieke tribune die luid fluisterend hun plannen voor het avondeten doornamen, een journaliste die verveeld een pakje crackers wegwerkte… Een gemiddeld dorpsplein is er niets bij.
Ik wist niet waar ik moest kijken, en al helemaal niet wat ik ervan moest denken. Wat was dit? Waar was ik beland? Ik had me eerlijk gezegd een heel andere voorstelling van de gemeente Florence gemaakt. Gelukkig werd ik al snel door de assistent van de burgemeester meegetroond naar een wachtruimte die de grandeur van Florence zoals ik die had gehoopt te zien, weerspiegelde. Terwijl de burgemeester nog een aantal journalisten te woord stond, nam ik mijn omgeving gretig in me op. De zalen van het Palazzo Vecchio die niet tot het museum behoren, zijn bijna nog mooier dan de openbare ruimten…
Veel tijd om alles tot in detail op te nemen had ik niet. Al gauw mocht ik echt het heilige der heiligen betreden, de werkkamer van de burgemeester. Hij verwelkomde me met een warme handdruk, en een brede glimlach. Een gesprek over al het heerlijks in Florence moet voor hem een welkome afwisseling geweest zijn, na een lange dag vergaderen. Matteo Renzi, zoals de burgemeester heet, nam plaats achter zijn bureau en nodigde mij uit een stoel aan te schuiven. Gewoon, alsof ik bij een collega binnenwandelde om nog even de dag door te nemen.
Ondanks zijn sympathieke optreden was ik wel een beetje zenuwachtig. Dat vertelde ik hem ook, dat ik erg onder de indruk was van deze ontmoeting, van hem, op zo’n jonge leeftijd al burgemeester van een van de mooiste steden ter wereld, en van de omgeving, waarin zoveel eeuwen geschiedenis weerklinken.
Hij stelde me lachend gerust en zei: ‘Ik ben zelf ook nog elke ochtend onder de indruk als ik de trappen in het Palazzo Vecchio op loop, naar mijn werkkamer. Maar ik ben ook elke ochtend opnieuw dankbaar. Ik bedenk me elke keer wat een geluk ik heb hier te mogen werken, op deze prachtige plek! Ik heb, echt waar, af en toe de neiging om eerst een kaartje te gaan kopen, door al dat moois dat me hier omringt. Ik heb de mooiste werkplek die er maar bestaat!’
Daar kan ik weinig tegenin brengen. Boven onze hoofden vechten de Florentijnen op de meest schitterende fresco’s. Matteo Renzi wijst ernaar en zegt: ‘Maar behalve mooi is deze omgeving vooral ook erg nuttig. Ik word continu geconfronteerd met de geschiedenis van de stad, die we uiteraard graag in ere houden. De scènes die op de fresco’s worden uitgebeeld wijzen me echter ook op de continue strijd tussen historie en het huidige leven.
Florence is namelijk ook een levende stad, een moderne stad, die geconfronteerd wordt met de wensen en eisen van haar inwoners en met de komst van enorme aantallen bezoekers. Het is een uitdaging daar op zo’n manier mee om te gaan dat beide groepen graag in de stad verblijven en de stad elke dag opnieuw als een droom ervaren.
Om dat te bewerkstelligen, heb ik een lijst opgesteld met een heleboel zaken die we willen uitvoeren. Een van die grote projecten is het autovrij maken van het centrum van de stad. We zijn begonnen met Piazza del Duomo, en inmiddels is het centrum tot Piazza Pitti verkeersvrij. Bezoekers kunnen nu in alle rust de stad op zich in laten werken. Maar ook voor de Florentijnen zelf werken we aan de stad, met nieuwe verlichting, nieuwe culturele activiteiten.’
Al valt ook dat niet altijd in goede aarde, begrijp ik van de burgemeester. Weer wijst hij op het fresco. ‘Strijd en onenigheid zit de Florentijnen in het bloed. Wij zijn geen vredelievende mensen die overal ja en amen op knikken. We zijn het graag met elkaar oneens. Je hebt vast wel eens gehoord van de strijd tussen de Welfen en de Ghibellijnen? Maar weet je ook dat de Welfen zich, toen ze eenmaal de macht in handen hadden, opsplitsten in witte en zwarte Welfen? Ik bedoel maar…’
Ik moet lachen en herken wel iets van zijn woorden in de Florentijnen die ik ken. En het tafereel van de raadsvergadering van net wordt er ook wel wat begrijpelijker van… Gelukkig lijkt de burgemeester zelf geen last te hebben van een innerlijke strijd. Enthousiast vertelt hij over ‘zijn’ stad en de plannen die hij met Florence heeft.
Uiteraard richt hij ook nog even het woord tot jullie: ‘Wie droomt van een bezoek aan Florence wil ik uitnodigen verder te kijken dan de kunstwerken uit het verleden. Maak ook tijd voor de stad van nu, voor de Florentijnen, voor de culturele activiteiten die door de hele stad worden georganiseerd. Dan sluit je de stad nog steviger in je hart!’
Matteo Renzi (Florence, 1975) is sinds 25 juni 2009 burgemeester van Florence. Onder zijn leiding maakt de stad een aantal grote veranderingen door. Voor De smaak van Florence (waarover morgen meer) sprak ik met hem in zijn prachtige werkkamer in het Palazzo Vecchio.
Wat een belevenis om de burgemeester van Florence te spreken!
En in dat mooie Palazzo te mogen komen!
Leuk om dit soort stukjes af te wisselen met de stukjes uit je boek (en inderdaad, schitterende foto’s vanaf de wenteltrap bij Palazzo Vecchio)! Echt bijzonder dat je van je passie voor Italië op deze manier je werk hebt kunnen maken. Je schrijft in een stijl die makkelijk wegleest en nooit verveelt: ik ben er blij mee!