Vroegboekkorting bij hu openair villages & campings

De dood van de Italiaanse cinema

Vandaag gaat Woody Allens nieuwe film To Rome with Love in Nederland in première, een ode aan de Eeuwige Stad en aan de talloze films die hier zijn opgenomen. Allen treedt in de voetsporen van de grote namen uit de filmgeschiedenis. Fellini, Coppola, Scorsese: allemaal zagen ze Rome als het ultieme decor – niet alleen de stad zelf, maar ook de magische Romeinse filmstudio’s binnen de muren van Cinecittà.

Terwijl de bioscoopzalen vol zullen stromen en To Rome with Love de meest romantische beelden van Rome zal laten zien, wordt in Rome gevreesd voor de dood van de Italiaanse cinema. Cinecittà, de bakermat maar ook het nog altijd kloppende hart van de Italiaanse film (vorig jaar nog werden er 150 films en televisieseries opgenomen, waaronder het succesvolle The Borgias), wordt met sluiting bedreigd. Niet, zoals de officiële boodschap luidt, vanwege gebrek aan geld en animo om nieuwe films te maken, maar vanwege de eigenzinnige plannen van een invloedrijke directeur, die er een hotelcomplex neer wil zetten.

Tijdens mijn bezoek aan Rome begin deze maand bezocht ik samen met Rosita Steenbeek de indrukwekkende filmstudio’s van Cinecittà, waar ik al eerder over schreef. Vandaag ook het andere verhaal waar ik die dag op stuitte, het verhaal van de medewerkers van de filmstad, die sinds 4 juli staken en van Cinecittà een bezette filmstad hebben gemaakt. Ze hebben hun kampement opgeslagen voor de poorten van de filmstad en roepen acteurs en regisseurs – van Sofia Loren tot Leonardo diCaprio – op om hen bij te staan in hun strijd tegen de commercialisering van het terrein van dit unieke cultureel erfgoed.

Tot nu toe tevergeefs, de studio’s worden nog steeds met sluiting bedreigd. Tijd dus voor een steuntje in de rug van de medewerkers, die zich hebben verenigd onder de vlag van Salviamo Cinecittà. Ik sprak met Vittorio Lupi, een van de stakende Cinecittà-medewerkers, die me vol passie en vertrouwen in een goede afloop vertelt wat er aan de hand is:

‘De plannen waren er al veel langer; wij wisten al veel langer dat de sluiting eraan zat te komen. Niemand wilde ons geloven, maar nu het officieel naar buiten is gebracht, kan niemand er meer omheen: in Cinecittà wordt ruimte gemaakt voor de bouw van een enorm hotelcomplex, met restaurants, sportfaciliteiten en wat daar allemaal nog meer bij komt kijken.’

Hij wijst om zich heen, naar zijn medewerkers die allemaal op hun eigen manier vechten voor het behoud van Cinecittà. De een achter de computer, om via Facebook zoveel mogelijk steun te verkrijgen, een ander druk doende e-mails en brieven te tikken aan bekende regisseurs en acteurs, van wie ze graag steun zouden ontvangen, al is het dan op afstand, en weer een ander bezig met de verkoop van T-shirts om geld voor de gezamenlijke strijd te verzamelen.

Lupi: ‘Wij allemaal, alle medewerkers die op de filmsets werken – technici, decorbouwers, klusjesmannen – worden gesommeerd hier dertig kilometer verderop te gaan werken, op een plek die niets te maken heeft met Cinecittà. En waarom? Simpelweg omdat eigenaar Luigi Abete meer geld wil verdienen. Als zijn plannen doorgaan, dan betekent dat de dood van Cinecittà, van de Italiaanse cinema.’

Hij wijst achter zich, naar wat er achter de hoge muur verborgen ligt. ‘Dit hier, dit is historie. Dit is de plek waar al die grote films zijn opgenomen, waar altijd gepassioneerde, gespecialiseerde mensen met hart en ziel hebben gewerkt. De directie wil dat er geen films meer worden gemaakt hier, zodat ze kunnen gaan bouwen. Ze brengen naar buiten dat er geen behoefte meer is aan onze studio’s, dat er geen films meer zijn om gedraaid te worden binnen de muren van Cinecittà – en dat er daarom dus behoefte is aan andere manieren om het rendabel te maken. In werkelijkheid hebben ze lange tijd veel aanvragen voor films en series afgewezen, of het filmen zo duur gemaakt dat regisseurs wel naar elders uit moesten wijken. Zo blijft het hier stil en leeg, en staat niks hun bouwplannen meer in de weg.’

Hij haalt mistroostig zijn schouders op. ‘Natuurlijk is er nog steeds vraag naar Cinecittà: vorig jaar zijn hier nog zeker 150 films gemaakt! Het is de directeur die zijn zinnen heeft gezet op meer omzet, niets meer en niets minder. Ik weet hoe hij werkt. Als jongetje ging ik graag naar een pretpark in de wijk EUR, waar ik opgroeide. Toen het park in handen kwam van deze Luigi Abete, liet hij het bijna direct sluiten om er een racebaan van te maken. Dat plan is nooit gerealiseerd, maar het pretpark is el voorgoed gesloten…’

Dan stralen zijn ogen weer dezelfde kracht uit als aan het begin van zijn verhaal. ‘Maar we houden vol. We zitten hier nu al meer dan een maand, maar we geven niet op. Wij buigen niet voor geld of voor macht. Want dat is wat er feitelijk aan de hand is. Luigi Abete is namelijk niet alleen eigenaar van de holding Cinecittà, hij is ook de baas van BNL (Banca Nazionale di Lavoro). En dus is iedereen bang voor hem, bang dat ze hem tegen zich in het harnas jagen.’

Weer wijst hij naar de muur achter ons. ‘De grond waarop Cinecittà is gebouwd, is in handen van de staat, Abete is slecht directeur van de holding. Hij moest dus toestemming vragen aan de regering om te kunnen gaan bouwen in Cinecittà. Hij heeft dat verzoek ingediend bij de minister van cultuur, en hij kreeg binnen de kortste keren toestemming.’

Ik trek mijn wenkbrauwen op – maar hij beantwoordt mijn vraag al voor ik hem kan stellen. ‘Hoe dat kan? Sinds Monti is aangesteld, leven we hier in Italië met een regering die bestaat uit bankiers en technocraten – zelfs onze minster van cultuur kijkt vooral naar cijfers en bedragen. Bovendien is deze minister afkomstig uit Piemonte, dus hoe kan hij nu de waarde van het cultureel erfgoed van Cinecittà inschatten?’

Hij is duidelijk ontdaan over zoveel onrechtvaardigheid. Een Romein had het immers nooit zover laten komen, daarvan zijn ze hier rotsvast overtuigd. Abete heeft alle politici voor zich weten te winnen – en daarmee staan zij machteloos. En of dat nog niet triest genoeg is, blijkt dat de grote namen uit de Italiaanse filmwereld, zoals Roberto Benigni of Nanni Moretti, ondanks herhaald verzoek tot steun, niets van zich laten horen.

Lupi: ‘De grote acteurs en regisseurs laten niet van zich horen. Wij zitten hier al sinds 4 juli, zonder loon. We wonen, eten en slapen hier. We mailen en bellen de hele dag, met als enige doel sluiting van de studio’s te voorkomen. We hadden gehoopt op bijval van mensen als Benigni, Moretti, waarom komen ze niet hun steun betuigen? Heeft Abete dan echt iedereen in zijn greep?’

Lupi neemt me mee naar achteren, naar het veld waar de tenten staan. ‘We hebben hier een groot scherm met oude zwart/witfoto’s van de acteurs die hier groot zijn geworden, met handtekeningen waarboven we de tekst hebben gezet: de medewerkers van Cinecittà strijden ook voor hen. Omdat ze het zelf niet doen, snap je, maar ze wel zo verbonden zijn met deze plek.’

We krijgen gezelschap van een andere Cinecittà-medewerker, Ornello Bultrini, die een oudebekende van Rosita Steenbeek blijkt te zijn – ze werkten lang geleden samen op de set van Ginger e Fred. Bovendien is Bultrini is een van de mannen die de kist van Fellini op zijn schouders droeg, bij de afscheidsdienst van de regisseur in Studio 5, net achter de muur.

Bultrini: ‘De boodschap van de directie naar buiten toe is dat ze Cinecittà als een soort van museum willen behouden door meer geld, meer winst te genereren op deze plek, met behulp van al die nieuwe aanbouw. In werkelijkheid help je Cinecittà hier alleen maar mee om zeep. Waarom immers alle bedrijvigheid hier weg halen en er een museum van maken? Er moet hier bedrijvigheid zijn, echte sets, met grote acteurs en regisseurs.’

Hij wordt er emotioneel van. ‘Schrijf dit asjeblieft op: Cinecittà is alleen te redden als de filmwereld hier terug wordt gebracht. De boodschap die bewust naar buiten wordt gebracht, is dat het noodzaak is om te bouwen, dat er geen geld en geen animo meer is om hier te filmen. Onzin, klinkklare onzin!’

Lupi knikt en voegt eraan toe: ‘Wij hebben de hoop dat het, ondanks alles, goed kan komen met Cinecittà. Vanaf hier doen wij wat we kunnen. Wij blijven staken en oproepen versturen om Cinecittà te redden. Als we daarmee stoppen en weer door de poorten van Cinecittà lopen om aan het werk te gaan, daar wil ik niet over nadenken. Dat wordt de doodsteek van Cinecittà,.’

Mede namens Vittorio Lupi, Ornello Bultrini en alle andere medewerkers van Cinecittà aan jullie het verzoek online de petitie voor het behoud van Cinecittà te tekenen. Salviamo Cinecittà!!!

PS Omdat dit verhaal wel een hele dag de aandacht verdient op een prominente plek op mijn blog, vanmiddag geen tweede stukje. Morgenochtend borduren we nog even voort op Cinecittà, met een project dat het belang van het voortbestaan van de studio’s alleen nog maar meer onderstreept.

Download de gratis Ciao tutti app voor nog meer tips

Een reactie

  1. Wat erg allemaal, wat verschrikkelijk, wat spijtig….zo een rijkdom gewoon wegmaaien…een hotel erbij, een winkelcentrum erbij…en wat blijft erover van de weelderige Italiaanse cultuur…wat een domme beslissing. Hopelijk helpen onze steuntjes een beetje….

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *