Download de gratis Ciao tutti app voor nog meer tips

Marinetti’s manifest

Waarom is moderne kunst wat het is, waarom wordt een onopgemaakt bed als kunst tentoongesteld? Waarom is een uitvergroot roze opblaasbaar varken zo verrekte veel geld waard?

Elke museumbezoeker vraagt het zich wel eens af: is dit kunst? Is dit echt zo veel waard? In Dat kan mijn kleine zusje ook prikt de vermaarde Engelse kunstkenner Will Gompertz het pretentieuze kunstgebazel door en geeft hij op heldere en enthousiaste wijze antwoord op de belangrijkste vragen die elke kunstbeschouwer zich wel eens stelt. Een bezoek aan een museum of galerie zal na lezing van dit boek niet meer zo intimiderend zijn, maar wel veel interessanter.

Gompertz maakt op overtuigende wijze de bizarre wereld van de moderne kunst voor iedereen begrijpelijk. Met grappige en interessante historische anekdotes laat hij zien hoe de kunst zich heeft ontwikkeld tot wat die nu is.

Maar hij voert de lezer ook langs alle indrukwekkende en belangrijke gebeurtenissen uit de kunstgeschiedenis: we gaan koffiedrinken met de impressionisten en kopen met Marcel Duchamps in New York zijn kunstwerk dat veel stof deed opwaaien: de pisbak. Naast het inzichtelijk maken van de kunstgeschiedenis legt Gompertz ook uit wat de betekenis van de moderne kunst is voor de moderne wereld, onder andere aan de hand van Monty Python. Die televisieserie had nooit kunnen bestaan zonder de kunststroming Dada.

Gompertz laat ons onder andere kennismaken met Filippo Tommaso Marinetti (1876-1944), ‘een uitdagende Italiaanse dichter en romanschrijver’:

‘Toen hij even in de twintig was, verhuisde hij naar Milaan en stelde daar algauw vast wat er in zijn nieuwe land ontbrak: het had geen plaats aan de tafel van de moderne kunst. Dat probleem loste hij in een oogwenk op door een splinternieuw concept te bedenken dat futurisme heette.

Anders dan voorafgaande stromingen was het futurisme van het begin af aan openlijk politiek. De onstuimige Marinetti wilde de wereld veranderen, en in zekere zin lukte dat ook – ten goede of ten kwade. Hij was een man met veel fouten, maar verlegen of teruggetrokken was hij niet, als Marinetti een visioen had, dan zorgde hij dat de wereld het te weten kwam. En zijn vastberadenheid was bewonderenswaardig.

Als schrijver en dichter was hij buiten de Italiaanse avant-garde nauwelijks bekend. Toch wilde hij zijn radicale manifest in een krant zien te krijgen – op pagina een. En hij zocht er geen plaatselijk blaadje voor uit, niet eens een krant in zijn eigen Italië (die hadden zijn futuristische proclamaties al besproken).

Nee, op zaterdag 20 februari 1909 bood Marinetti de wereld zijn futuristische manifest aan via de beroemde Franse krant Le Figaro. Dat was een snelle, weloverwogen en briljante zet. Marinetti wist dat zijn ideeën maar op een manier de kans hadden om door de internationale intellectuele en artistieke elite te worden opgemerkt: door naar hun achtertuin te gaan (Parijs) en zijn ideeën van de daken te schreeuwen.

O ja, en ook door ruzie te gaan trappen. Hetgeen hij deed, namelijk met de grootste en sterkste jongens van de stad: Georges Braque, Pablo Picasso, het kubisme in het algemeen en hun voorvechter Guillaume Apollinaire.

Voorafgaand aan de publicatie waren de eigenaars van Le Figaro duidelijk nerveus. Om afstand te nemen van de Italiaanse stokebrand leidden ze Marinetti’s manifest in met een disclaimer: ‘Wij mogen niet nalaten te stellen dat de auteur zelf de volledige verantwoordelijkheid draagt voor zijn uitzonderlijk stoutmoedige ideeën en de vaak onverdiende heftigheid tegenover zaken die bijzonder respectabel zijn en gelukkig ook overal gerespecteerd worden. Maar we meenden dat we onze lezers deze eerste publicatie van dit manifest niet mochten onthouden, wat hun oordeel ook is.’

Het manifest besloeg tweeënhalve kolom op de voorpagina van Le Figaro en bestond uit een titel, enige uitleg en daarna het manifest zelf van elf punten. Het was niet zachtzinnig geschreven en het is te begrijpen dat de eigenaars van de krant een tikkeltje zenuwachtig waren. Om zichzelf en zijn groep medewerkers voor te stellen schreef Marinetti: ‘Juist vanuit Italië slingeren wij ons uiterst gewelddadige en opruiende manifest de hele wereld in het gezicht. Wij zijn het ‘futurisme’ aan het stichten omdat we ons land willen bevrijden van een stinkende steenpuist van professoren, archeologen, toeristengidsen en antiquairs.’

Hij oreerde nog een hele tijd over het rijke artistieke verleden van zijn land en vond dat de creativiteit van het eigentijdse Italië werd geblokkeerd door het gewicht van zijn gouden tijdperken op kunstgebied, met name het antieke Rome en de renaissance. Hij protesteerde als een gefrustreerde jongere broer die in de schaduw van een succesvolle en toegejuichte oudere broer gevangen zit. Alleen drukte hij zich wel heel anders uit: ‘Italië is al veel te lang een markt voor prullariahandelaars. Wij willen ons land bevrijden van de eindeloze hoeveelheid musea die het hele land als kerkhoven overwoekeren. Musea, kerkhoven! Twee woorden voor hetzelfde! Kom op! Steek de bibliotheken in brand! Leid de kanalen om zodat ze de musea leeg kunnen spoelen. … Pak je bijlen en houwelen en sloop, sloop meedogenloos al die hoogvereerde steden!’

Hoe het het futurisme verging na dit manifest, en heel veel andere wetenswaardigheden over kunst en kunstenaars, lees je in

Dat kan mijn kleine zusje ook| Wil Gompertz | vertaald door Jacques Meerman | ISBN 9789029088138 | € 24,99 |
uitgeverij Meulenhoff | bestel Dat kan mijn kleine zusje ook via deze link bij bol.com

Ontdek onze digitale reisgidsen voor nóg meer tips

Een reactie

  1. Hier is het manifest in engelse vertaling.
    punt 9 is verschrikkelijk hij wil glorificatie van oorlog en minachting voor vrouwen. !!!

    Gelukkig dat volgens een van mijn docenten italiaanse kunst dit alleen bedoeld was om te provoceren, hij bracht dit punt niet in de practijk . maar toch het geeft te denken.

    cari saluti
    Roberto

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *